The worker

Lumes
16 dec. 2021 · 18 keer gelezen · 3 keer geliket

Petra stond in diepe twijfel voor haar kleerkast. Het was maanden geleden dat ze nog naar kantoor was geweest. Een joggingbroek kwam vandaag niet in aanmerking. Het was al wat herfstig buiten en ze werd verwacht op een volle vergadering. Met ramen open en CO2 meter paraat. Was het felblauwe hemdje een optie? Ze moest laagjes voorzien. Als de stress kwam opsteken werd zelfs een vergaderzaal met open ramen te warm vandaag. Petra zuchtte. Ze was het niet meer gewend en had de dag voordien niets klaargelegd. Niet dat dat een oplossing was. Afhankelijk van de mood van de dag moest de outfit volgen. Ze had niet zoveel tijd meer en geen idee hoe het met de files was tegenwoordig. Morgen toch maar eens Waze installeren.  Zou ze de sneakers ruilen voor echte schoenen? Kon ze nog wel stappen met een hakje? Uitgaan was er ook al lang niet meer bij. Een enkel terrasje met een goede vriendin of uit eten met haar 2 uit huis wonende kinderen, dat was telkens fijn geweest.  OK de keuze was gemaakt. Een eenvoudig zwart topje, dat hoefde niemand te zien. Het felblauwe hemdje, een losse zwarte broek en een truitje erop. Zwart of blauw? Blauw vestje! Een jeans was ook mogelijk maar een ganse dag met een spannende jeans... daar moet ze terug op oefenen. Haar jeansvest stopte ze in een tasje, als reserve, tegen de kou. Dat voelde goed. De comfortzone van thuis moest een beetje mee naar kantoor verhuizen.  

Ze zou een baguette bestellen. Heerlijk. Smos-kaas, een typische kantoorlunch en ze zou zich trakteren op een cola zero. Alles van de broodjeszaak vlakbij. Een banaan als tussendoortje moet dan maar volstaan. De kilo’s mochten er terug wat af of de kleerkast kon weer opnieuw gevuld worden binnenkort. En omdat het kantoordag was, zou ze een koffie extra nemen. Alleen al maar om aan de koffieautomaat te kunnen staan, de knopjes te lezen, kiezen, drukken en een gevulde beker warme drank te krijgen. De routine om een beker met logo te laten vollopen had ze gemist. Wie weet kwam ze daar wel een leuke collega tegen die het thuiswerken ook beu was.  Een beetje socializen kon geen kwaad. Maar liefst met de juiste outfit. De sneakers met mini sokje waren goed bevonden. Dat was makkelijk als ze de trappen nam naar de 2de verdieping. Lekker sportief. 

Haar laptop had ze de avond voordien al in de tas gestoken. Kabel, check! Muis, check! Luidspreker, check! Hoofdtelefoon, check! Schriftje, pen, check! Het voelde als een eerste schooldag. Waren alle gordijnen open? Alle ramen toe? Oorbellen en horloge? Petra kon vertrekken. Laptoptas, handtas met badge en mondmasker, tas met truitje en sjaaltje, banaan. Ze sloot de beveiligingsdeur van haar flat in dubbel slot. Het piepte. Ze zou het eens moeten smeren. Als ze nu de sleutel omdraaide konden alle buren meegenieten. Geen tijd nu en straks zou ze wellicht te moe zijn en het klusje uitstellen tot het weekend. Ze had zo het vervangen van de siliconen rond het bad ook jaren uitgesteld. Dat was niet goed afgelopen. Het plafond van de benedenburen was naar beneden gekomen. Vochtproblemen en een lek onder haar bad. Ze had dan maar ineens de saaie witte tegels rond haar bad laten vervangen door blauwe mozaïek. 

Petra reed haar auto de garage uit, 3 verdiepingen lager. Het was een frisse zonnige ochtend en de radio speelde ‘Take a parachute and jump’. Eén van haar favoriete nummers. Ze trommelde mee op haar stuur. De straten met zone 30 waren snel gepasseerd en ze kon vlot de autosnelweg op. Vrij. Eindelijk haar kot uit. De grot uit. Er verscheen een brede glimlach op haar gelaat. Ze zette het volume van de radio wat hoger en zong mee. ‘I’m on my own, I’m on my own and I’m feeling fine’. Na wat aanschuiven en rode lichten parkeerde ze vlotjes aan het kantoorgebouw. Waze was niet nodig geweest. Het was nog vroeg en waarschijnlijk waren er ook nog thuiswerkers dus parkeerplek genoeg. Haar badge opende de weg terug naar haar bureau, het oude vertrouwde kantoorlandschap. 

‘Hallo, goedemorgen, dat is lang geleden!’ De receptioniste was de eerste. Van achter haar toog lachte ze haar vriendelijk toe. Geen mondmasker, neen. Een glimlach. 
‘Goedemorgen, Pia, dat is lang geleden...’ Petra wuifde even en ging de glazen deur door naar haar werkplek. Ze raakte de klink niet aan maar gaf handig met haar ellenboog de deur een duwtje. Het was een nieuwe gewoonte geworden. Aan het eiland zat Jean al te werken. Toen hij Petra zag zette hij zijn hoofdtelefoon af. 
‘Goedemorgen, kom je ook terug hier werken? Bereid je maar al voor op veel lawaai. Het eiland hierachter was daarstraks precies al een ontbijtfeestje aan het geven.’ Hij rolde even met zijn ogen. Petra had geen zin in negativiteit. Ze wou er een fijne eerste werkdag terug op kantoor van maken. 
‘Ach ja dat zal straks wel beteren als ze bijgepraat zijn. En ik zit vanaf negen uur in vergadering. De Nederlandse collega’s komen ook’. Petra installeerde haar laptop en begon de mailtjes te overzien. Haar GSM trilde.  
‘We zullen wat later zijn, file in Breda’, stuurde Jannes. 
‘Ok, de koffie staat al klaar’, antwoordde Petra. 

Daar begon het al. Videocalls begonnen stipt op de minuut. Echt vergaderen was organisch. Je had die fysieke dynamiek van bewegende lichamen. Mensen gaan naar de koffie, lopen naar het toilet en komen anderen tegen. Er zijn vertragingen en interacties. En ze staan in de file.  
Dan maar eerst even langs de keuken dacht Petra. Het was er nog rustig. Enkel Martine van de administratie die even wuifde. De knopjes van de koffieautomaat blonken en deden haar twijfelen tussen espresso, cappuccino, koffie, chocomelk... Het werd koffie. Zwart. De machine pruttelde en spuwde de warme drank de firmabeker in.  

Terug op haar plek keek ze wat onwennig rond. Wat verderop hoorde ze Carla over kaar ketodieet en de kilo’s die er af zijn. Haar vriend was er blij om, de kleedjes pasten beter, ze voelde zich als herboren. Lisa onderbrak haar met babyverhalen. Ze was enkele maanden geleden bevallen en haar kindje was voor het eerst naar de creche. Ze hield gedurig haar GSM in het oog. Ze gingen haar via berichtjes laten weten hoe het was met Mattis. 

Petra ging alvast naar de vergaderruimte. Ze had nog geen mailtjes kunnen verwerken. Ze opende de ramen en zette zich aan het hoofd van de ruime tafel. Daar had ze een goed overzicht straks. Even rust en stilte. Ze nam de agenda door. Het softwareproject schoot goed op en de bugs werden snel opgelost. Maar er wachtte nog een lijst met todo’s. Vanuit het werkveld bleven de vragen naar verbeteringen komen en de performantie bleef onvoldoende. Hopelijk bracht Nederland de oplossingen mee. 

‘Hallo, hier zijn we dan, wat een lekker weertje vandaag hé, de ideale dag om terug met zijn allen rond de tafel te vergaderen, niet?’ Jannes viel olijk de zaal binnen. Yolanda, collega van Jannes, volgde hem en keek wat afwezig de zaal rond. Ze had een stijlvolle jurk aan met halfhoge botjes. Ze leken nieuw. Met hakjes. 
‘Ja, leuk om jullie terug te zien. Hoe gaat het met jullie?’  
‘Nou prima, de kinderen gaan nu beide naar school en ik vind het fijn om terug naar kantoor te kunnen, jullie ook? ‘. Jannes was weer in goed humeur.  
‘Zeker, kom, we gaan eerst langs de koffie’. Petra vergezelde hen naar het keukentje. De botjes van Yolanda galmden in de hal bij elke stap. Ze was net iets langer dan Petra nu. De automaat was vrij en de bekers stonden proper in het witte keukenkastje. 
‘Maak jullie keuze, kennen jullie het nog?’ Al grappend werden de bekers gevuld. Petra deed een stapje achteruit. Zo dicht op elkaar staan gaf haar een onwennig gevoel. Ondertussen was haar collega Maarten ook toegekomen. Het socializen ging naar een hoger niveau van decibels. Maarten deed zijn relaas over het laatste fietsweekend. 

Petra ging alvast terug naar de zaal met haar koffie. Ze hoorde de anderen pratend tot in de vergaderzaal. Had ze toch niet beter wat langer blijven bijpraten? Netwerken? Maar ze had het verhaal al gehoord en over koersfietsen wist ze niets te vertellen. En er was een hele agenda af te werken. Ze was het drukke leven niet meer gewend. Thuis was het stil, was er rust, was ze alleen.  

‘Zullen we beginnen?’ Maarten en het gezelschap vielen de zaal binnen. Ieder vond een plekje en de laptops werden opengeklapt. ‘Punt 1 op de agenda...’ 
De dag soesde verder. De broodjes werden besteld.  Problemen werden omgezet tot acties. De koffie werd gedronken. De handen werden niet geschud. Dat was nog niet voor vandaag. De Nederlanders vertrokken weer. Terug de file in. 

Petra had nog een korte meeting met haar nieuwe collega Marlies. In een videocall had ze al kort kennisgemaakt met haar. Marlies had toen mooie lange oorbellen gedragen. Oorbellen waarmee je naar een feestje gaat, zo vond Petra. Hoe kon je nou telefoneren terwijl die dingen aan je oor aan het wiebelen waren? 
‘Hey dag Petra!’ Marlies viel de meeting room binnen.  
‘Dag Marlies’, leuk om je in het echt te ontmoeten’ lachte Petra. 
‘Ja eindelijk zie ik eens een nieuwe collega in het echt.’ Haar haar was in een knotje en Petra’s blik ging weer naar de wiebelende hangers. 
‘En vind je je weg al een beetje tussen al de folders en documenten?’ Petra wou Marlies onbevooroordeeld coachen in haar nieuwe job. Marlies had haar firmawagen al gekozen, een bureaustoel voor thuis afgehaald daarnet en haar verlof ingepland. Eén brok energie.  
‘Ja maar mijn verlof valt samen met een paar opleidingen dus die heb ik allemaal laten verzetten. Niets aan te doen, mijn vliegtuig is al geboekt...’.  

'Naar waar ga je?’ Petra had geen keuze. Ze moest de vraag stellen. 
‘Ik ga met mijn vriend een week naar Egypte, snorkelen’. Marlies straalde van oorbel tot oorbel. 

‘Oh heerlijk’. Petra probeerde enthousiast te klinken. Ze was zelf al twee jaar niet meer op vliegvakantie geweest. En toen was het wel een werkelijk toffe citytrip naar Wenen met een superlieve vriendin. Maar Egypte met je vriend was overtreffend. Na corona, na een scheiding, nog even zon en zee voor de winter eraan komt. Ze kreeg visioenen van hand in hand over het strand wandelen, van lange avonden aan een zeeterrasje met wijntjes, van zwoele nachten en een attente man aan een uitgebreid ontbijtbuffet. 

‘Ja, we willen er nog even tussenuit zonder kinderen’.

Petra had geen zin om over haar eigen leven als single te vertellen, over de korte maar toffe wandelweekends in België, over haar kinderen die het huis uit waren, over haar grotgevoel. Marlies had betere plannen en betere oorbellen.  


Na wat hyperlinks en powerpoints rondde Petra het infomoment af. Ze stapte haar auto in. Haar oren suisden. Haar nek zat lichtjes vast. Ze zette de radio aan en zapte van pop naar klassiek en terug. Ze vond geen passend nummer. Dan maar geen muziek. Het was al druk genoeg in haar hoofd. En op de baan. Terug in haar flat overviel de stilte haar. De leegte stond in tergend contrast met haar voorbije werkdag met al de gesprekken en verhalen. Ze schopte haar sneakers uit en trok een jogging aan. De zachtheid voelde rustgevend. Op haar terras was nog een restje zon. Ze zette zich en sloot haar ogen. De kraaien, de merels, ver hondengeblaf, ze was thuis. Gelukkig had ze geen plannen vanavond. Ze was het gewend om haar hoofd bij zichzelf tot rust te laten komen. Lange tijd miste ze het ventileren na de werkdag. Nu liet ze haar gedachten maar wat tollen. Ze stopten vanzelf ook wel. Morgen was het thuiswerkdag. Dan kon ze snel tussendoor wat opruimen, een klein wasje draaien en ‘s avonds met de vriendinnen gaan zwemmen en bijbabbelen in het bubbelbad. Morgen zou ventileren wel nodig zijn. Ze had een one to one met haar nieuwe jonge leidinggevende, Linda. Een videocall. Petra zou haar pokerface opzetten. Dat had ze ondertussen goed onder de knie. Elke frons wordt expliciet op het scherm waar je hoofd uitvergroot de ander toespreekt. En Linda bewaakte elke grimas. Een burnouter in haar team was als een persoonlijke afgang. Ze zou nog liever iedereen een weekje preventief ziek naar huis sturen. Zou dat aangeleerd worden in de dure cursussen rond coaching? Petra zuchtte. Met de nieuwe spotify list motiveerde ze zichzelf tot actie. Na een snelle maaltijd legde ze zich in de chaise-longue voor het zeven uur nieuws. 


‘De coronacijfers gaan de verkeerde kant uit. Telewerk wordt weer sterk aanbevolen…’ 


Mocht ze terug haar grot in? Of was het moeten? Mocht ze terug in haar werkkamer wegkruipen en gesprekken met zichzelf voeren aan de koffie?   Mag de dagelijkse joggingbroek terug aan? Liep er niemand met irritante hakjes meer naast haar? Waren sneakers en Birckenstocks terug goed genoeg? Kon ze tijdens de lunch weer op haar zonneterrasje picknicken? Of in stilte de herfstkleuren in het park bekijken op de middag?  Een half uurtje langer slapen? Zou ze mensen terug missen?  


Ze checkte haar werkmail. Ook de werkgever raadde het telewerk terug aan.  
Petra vroeg zich af hoelang deze golf weer zou duren. Deze keer zou ze het toch anders aanpakken. Zwemmen moest blijven, liefst elke week. Wandelen zou terug een topactiviteit worden, elk weekend, weer of geen weer, met vriendinnen of met een groep mee. En ze zou elke dag na het werk buiten gaan. Even naar de supermarkt of de bakker om de hoek. De break met de werkdag moest duidelijker worden.  


Haar favoriete Netflix serie nam haar mee naar een andere realiteit en naar het einde van de dag. Terug naar het land van de stilte. Geen botjes met hakjes, geen oorbellen.  De wekker kon alvast een half uur later. Slaap wel wereld vol tegenstellingen. Het bed met dons dekte haar warm en zacht toe. Het rolluik bewaakte de grens tussen haar en de buitenwereld vol prikkels. Petra soesde weg, de veilige nacht in. 


In een droom zag ze een grot met welkom-bord boven, de toegang was vrij, er brandde een gezellig vuur. Nieuwsgierig liep ze binnen. ‘Hallo is daar iemand?’ Ze hoorde enkel de echo van haar eigen stem. Ze legde zich naast het vuurtje. Zouden hier nog grotten zijn? Morgen zou ze op ontdekking gaan.  
 

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

Lumes
16 dec. 2021 · 18 keer gelezen · 3 keer geliket