Toverbal

7 apr. 2023 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket

Waar het altijd goed is, waar er kip aan het spit is, waar de kerk in ’t midden staat. Ik groeide op in de streek die Raymond van het Groenewoud zo liefdevol bezong. Op het Vlaamse platteland, in een stad die eigenlijk die naam niet waardig is. Heerlijk rustig was het er, zo tussen de varkensboerderijen en maïsvelden. Vlaanderen boven.

Zo was het een traditie om elke zondagmiddag op de koffie te gaan bij de grootouders in een naburig dorp. Vaak met de auto maar bij mooi weer ook op de fiets. Dan maakte een bezoek aan Fons het uitstapje compleet. De lieve man baatte destijds een winkel uit in visgerief, op de hoek van het centrale plein. Open op zondag, al was dat niet zo duidelijk. Pas als er een klant binnenkwam, ging één enkele TL-lamp aan en verscheen de brave man in ruitjeshemd en debardeur. Zijn moeder in blauwe werkschort ging achter de toonbank staan. 

Naast vislijnen en aas werden er ook conserven en drankjes verkocht. Ik had echter enkel oog voor het rek naast de kassa waar het schepsnoep stond uitgestald. Ik kreeg een plastic bakje en mocht dat opvullen met smoelentrekkers, lange matten, perziken, aardbeien met en zonder suiker, kikkertjes, smurfen en colalollies. Heerlijk, heerlijk. Een zakje vol voor 20 frank. 

Het summum was de toverbal, zo’n hele grote witte met spikkeltjes. Je kent hem wel, hij heeft van die gekleurde laagjes en laat een wit laagje achter op je tong. Je likt en likt en likt tot je écht niet meer kan. Dan ligt hij daar op een bordje te wachten tot de volgende dag. Wat ik als tienjarig meisje haast magisch vond, is nu wansmakelijk.  

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

7 apr. 2023 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket