Vos

29 aug 2019 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket

deze zomer kroop je uit verhalen, uit mijn oude prentenboek

op school, waar je naast een zeldzame uil stond, een wisent

en een everzwijn met jongen die op grote coloradokevers leken.

allemaal dieren wisten we, die ergens bestonden, maar niet hier.

 

je verliet je ranzig hol na het tijdperk van een kinderslaap,

streek hier neer in het veld, de beek, mijn volwassen hoofd.

er is nu meer dan dat beeld, meer dan de lepe glimlach om je

mond, het geniepig achterom kijken na een aanslag.

 

in de schemering stof je met pluim het graan en mais af

loopt door rijen de gehuchten in en uit, houdt alle

woonkamers onder gericht, kent mensengewoonten uit je hoofd.

ik weet hoe geduldig je jezelf in mijn tuin bekoort.

 

bij gunstig gesternte bijt je hun kop af, bezegelt het perceel met

bloed dat nog roder maakt, je vossig en rossig om je eigen

mythe heen doet draaien, en vergezeld van onpeilbaar

wilde ogen is opnieuw dat lachje daar,

 

vreemd genoeg weer die oude foto die op

pagina twaalf van het schoolboek prijkt.

 

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

29 aug 2019 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket