‘I am watching the rise and fall of all my salvation. Such a lack of compassion. I thought it would be fun ad games.’
Ik sta hier in de spiegel naar mijzelf te staren. Waarom doe ik me dit allemaal toch aan? Dat is de vraag die al maanden door mijn hoofd raast. Waarom ben ik hier toch allemaal aan begonnen? En waarom krijg ik nu de kers op de taart? Op zoek naar een nieuwe school terwijl ik van mijn vrije tijd zou moeten genieten. Terwijl iedereen in de kerstsfeer rond danst. Cadeautjes voor de familie koopt en glühwein uitschenkt. Zich afvraagt of tante Josée en oom André dit jaar wel op het familiefeest aanwezig zullen zijn.
Mijn moeder stalt een hoop folders van scholen uit op tafel. Ik kijk er maar amper naar. Ik wil helemaal niet naar school. Niet meer terug naar dat gebouw waar het allemaal verkeerd liep. Dat gebouw waar ik bekend stond als de ruziezoeker, de vechtersbaas… Het gebouw waar mijn punten als maar meer de dieperik in vlogen en mijn aantal strafstudies, keren te laat zijn en schoolagendanota’s altijd maar hoger werd. Het gebouw waar moeder meer dan eens binnenstormde om half tien in de ochtend om mij weer te komen halen omdat ik het verbrod had. Het gebouw waar ze heel blij waren dat ze mij na die klote maanden niet meer hoefden te zien.
En dan moet ik weer naar zo’n gebouw. Waar ze mij ook liever zien gaan dan komen. Dag Sam Machiels, zeventien jaar en nu al op de dool.