WINTER
de avond valt
zo ergens halverwege
tussen middag en nacht
telkens weer te vroeg
tot ’s ochtends
de dag al lang begonnen is
een ijzig laken over het kale landschap
ijssterren glinsteren in het koude zonlicht
op dichtgevroren plassen en vijvers
laat ons samen want in want overwinteren
LENTE
Mijn hart verwarmd
door primavera zonneschijnsel
ontluiken de eerste knoppen
frisgroen en heerlijk ruikend
de kilte wordt langzaam verjaagd
huidhongerig wil ik
door buien en grillen worden overspoeld
ZOMER
Zo schittert mijn liefde voor jou
een reflectie op het glinsterende watervlak
van een polkadot bikini
die jouw perfectie bedekt
uitgewaaierd over het laken
op een bed van warm zand
vliegerend naar een nieuwe toekomst
beiden verstrengeld
in de touwtjes van die bikini
HERFST
Rood, geel, oranje en bruin
verdrijven stilaan al wat groen was
met jouw hand in de mijne
wandel ik over drassige paden
en verlaten stranden
op de cadans van onze harten
bewegen we ons voort
de avonden worden langer
het haardvuur verwarmt de kilte
die ons stilaan overmant