woordman

12 jun. 2021 · 24 keer gelezen · 0 keer geliket

Er moet geschreven worden. Het is geen basisrecht maar een plicht. Een noodzaak. Een verslaving.
Ik schrijf zelfs tijdens de seks. Mijn vrouw zegt dat mijn grote liefde de taal is, en zij een maitresse. Ik spreek haar nooit tegen.
Schrijven is als door een doolhof sprinten. Je hebt de hele tijd keuzes die je moet maken. En zelfs de kleinste keuze brengt je ergens anders heen. Elk woord is gemaakt voor het onderbewuste en gedrenkt in een drang om naar het einde te vloeien.
Als ik haar op z'n hondjes neem, leg ik een schrift op haar onderrug. En als ze genoeg heeft dan sta ik op en zonder me terug af. Ik schreef zelfs tijdens de begrafenis van mijn grootmoeder. Terwijl tranen vloeiden en een verre tante een overdreven speech gaf over hoe barmhartig de gestorvene wel niet was, kon je het gekras van mijn pen horen. Mijn broer heeft me nooit meer aangekeken. 'Is dat het enige waar je aan denkt?' vroeg hij verhit terwijl we met de rest van de meute naar buiten dromden.
De meesten waren aan het denken aan het avondeten, anderen aan hun performance. Niets maakt iemand zo zelfbewust als een begrafenis. Het is als fluisteren in een verlaten wachtkamer, het hoort er gewoon bij.
'Het is het enige wat ik kan doen om er niet aan te denken,' zei ik. Ik denk dat hij me geloofde, want hij stormde weg en trok zwaar op met zijn auto. Bijna reed hij de lijkwagen aan, maar hij draaide nog net op tijd weg.
Mijn vrouw bracht me naar huis, ik schreef verder.
Bij de vluchtheuvel vlak voor onze straat greep ze haar kans. Terwijl ik het schrift tegen mijn borstkas duwde vroeg ze; 'Wat schrijf je eigenlijk?'
Ik besefte plots dat ze naar de kapster was geweest. Haar haar was korter en geverfd. Ik dacht aan de facade van een gerenoveerd spookhuis.
'Een verhaal zonder personages en zonder gebeurtenissen.'
'Ah,' zei ze.
'Ja,' ging ik verder. 'Er is geen plot, verteller of dialoog.'
'Wat is er dan wel?'
Ik staarde naar het schrift. Deze morgend stond het leeg, nu stond het halfvol. Ik wist eigelijk niet meer wat ik geschreven had.
'Het enige dat telt is het schrijven zelf. Het is geen middel om je bestemming te bereiken, het is de reis zelve.'
Ze knikte veelzeggend en deed alsof ze het begreep. Ik sprak het niet tegen.
'Mag ik wat lezen?' vroeg ze. We waren inmiddels thuis aangekomen, ze parkeerde de wagen zoals altijd een halve millimeter voor de garagepoort.
Een uur later riep ik mijn vrouw en ze haalde het schriftje op, het was volgeschreven. Ik nam een vers boekje uit de lade en begon opnieuw. Ik begon altijd opnieuw. Ik bestond meer op papier dan in mijn hoofd. Mijn vrouw heeft dat nooit begrepen, maar ik wil tastbaar zijn. Je hoeft wat ik schrijf niet herkenbaar of goed te vinden. Ik heb je mening niet nodig, want ik besta gewoon, hier op papier.
'Soms lijkt het alsof we niet bestaan voor jou,' zegt ze af en toe. Ik spreek dat nooit tegen.

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

12 jun. 2021 · 24 keer gelezen · 0 keer geliket