Ik zag nog nooit zeevonk
maar toen de lucht vanavond zo wild kleurde
alsof er een ware ondergang gebeurde
-overigens ongrijpbaar omdat het westen achter de daken valt-
werd ik getroffen door een woest verlangen
om met mijn voeten in die lichtgevende algen te kunnen staan
hun fluorescerende golfslag te ontvangen
als een elektrocutie, een reanimatie
een schok echtheid, een shot leven
een nood natuurvoedselpakket
voor mijn uitgehongerde wilde wezen.
Honger.
Ik zink in een moeras
van potentiële lege luxe die zich
op elke straathoek verkoopt
maar me zo koud laat
me zo verlamt, verkilt
dat ik de weg niet meer vind
bots blind tegen elke muur
tastend naar kruimels natuur