Zeiknat zocht ik troost
in de Bretoense keuken
want het weer was rot.
Fijne mosseltjes
konden mij best bekoren
wind maakte me zot.
Ik stelde mijn hoop
op een charmante weervrouw
ze heeft mij bedot.
'k Trok te voet op stap
maar vergat mijn paraplu
'k werd nat tot op 't bot.
Dan maar wat petanque
helaas, mijn ballen lekten
regen viel lijk snot.
Voor 't opendraaien
van al uw hemelsluizen
dank u, goede God.
Naar mijn kamer dus
voor een spannend moordverhaal
met een leuke plot.
Maar ook dat ging mis
bij die derderangs auteur
liep 't verhaal niet vlot.
Kijken naar teevee?
Met al die reclamespots?
'k Ging eraan kapot.
's Avonds vond ik troost
in de Bretoense keuken
met sole en met lotte.