Tip van de week

21/12: 'ze pulkt een pluisje' van Sarah Skoric

We serveren je vandaag de laatste 'tip van de week' van 2022. Op 11 januari verschijnt de eerste tip van het nieuwe jaar. 


Tülin Erkan is schrijver, redacteur en copywriter. Ze groeide op in een meertalig nest. In haar debuut 'Honingeter' onderzoekt ze de frictie tussen moedertaal en vaderland. 


Tülin Erkan
tipt deze week 'ze pulkt een pluisje' van Saraha Skoric aka Storm Stoorik

"Met veel plezier pluk ik het pareltje ‘Ze pulkt een pluisje’ van het Azertyfactor-platform. We krijgen twee personages voorgeschoteld die zich op straat bevinden. De auteur geeft weinig prijs, maar net genoeg. Dit is geen verhaal van grote acties maar onderhuids broeit er iets.

De eerste zin ‘Geen idee wanneer,…’ baadt in een vleugje mysterie. Is het hij-personage daar effectief al geweest? Klopt zijn buikgevoel? Wat was die glitch? We hebben er het raden naar. Wel weten we dat het hij-personage wil opgaan in het decor, dat hij zichzelf ‘van kop tot teen’ wil uitgommen.

Met mondjesmaat krijgen we inkijk in de dynamiek tussen beide personages. Hun precieze relatie kennen we niet maar er zit een zachtheid en herkenbaarheid in de subtiele handelingen: het pluisje van de pull pulken (kudos voor deze alliteratie), het haar achter het oor strijken, de hand in zijn nek.

De poëzie van deze tekst schuilt in een klein hoekje. Storm Stoorik beschrijft de personages en de setting op een fijngevoelige manier, sober maar spitsvondig. Het haar van het hij-personage: ‘een tint lichter dan de lucht’. Ook de dialogen kunnen me bekoren. Elk woord is gewikt en gewogen wat een ingetogen spanning opbouwt. Het taalgebruik oogt schijnbaar eenvoudig maar impliceert een grote zorgvuldigheid.

De auteur neemt de tijd om het verhaal met voldoende aandacht voor vertraging en observatie uit de doeken te doen: ‘een groep kauwen (zwermt) uit; soms vliegen ze samen, soms apart.’ Diezelfde zwerm kauwen luidt het einde in. Het is herfst, het schemert en de wereld voelt een tikkeltje onbehaaglijk aan. De laatste zin is al even mysterieus als de eerste: ‘Hij kijkt haar aan en knikt.’ Het knikken is immers geen antwoord op haar ‘waarom’."

 

copy foto: Wouter Van Vooren