30/08: 'Zomerrollercoaster' van Thomas De Mulder
Steven Van Ammel werkte als antiquaar, uitgeefassistent en literair programmamaker. Sinds 2009 is hij verbonden aan literatuurhuis Passa Porta, als boekhandelaar en programmamaker. Daarnaast schrijft hij wekelijks een column voor De Standaard der Letteren.
Steven Van Ammel tipt deze week 'Zomerrollercoaster' van Thomas De Mulder.
"Ze deinen door de ruimte die naar citroenen op sterk water geurt.’ Als ik zou moeten zeggen wat me de tekst intrekt is het deze zin. Het zijn ‘tot reggae verbasterde wereldhits’ die hier deinen. Ik weet niet of wereldhits deinen, of muziek in het algemeen deint, maar bij de geur van citroenen op sterk water kan ik me iets voorstellen.
Het is de tweede regel uit het gedicht Zomerrollercoaster. We bevinden ons op een camping, om exact te zijn in het publieke campingtoilet. Iemand -een man?- overschouwt zijn zomers bestaan tussen gezinnen die in ganzenpas achter elkaar ‘dokkeren’ (fijn woord). Paradijselijk is het evenwel niet. Links en rechts vallen drollen ‘bij bosjes’, de andere campingbewoners hebben een ‘doffe blik op oneindig, te moe om te glimlachen, te moe voor alles.’
De tekst houdt het midden tussen existentiële verveling en nauwelijks verholen woede. Met een fijn ritme en een enkele verrassende wending. Mogelijk is één en ander net iets te expliciet geformuleerd, te kort door de bocht. Al past dat dan weer wel bij de titel."