Bij ons is Allerheiligen een dag waarop we op een zeer serene en ingetogen manier onze overledenen herdenken. Maar elke cultuur heeft zijn eigen tradities. Niet overal wordt Allerheiligen op dezelfde manier gevierd. Neem nu de Filippijnen.
ETEN, SLAPEN EN … GOKKEN
De overgrote meerderheid van de Filippijnse bevolking is katholiek. Je zou dus verwachten dat de Allerheiligenviering min of meer dezelfde vorm aanneemt als bij ons. Niets is minder waar!
De voorbereidingen beginnen reeds enkele dagen voor 1 november. De mensen gaan naar het kerkhof om de grafsteen van hun overleden familielid op te poetsen, zodat die er proper bijligt voor de grote dag. Op dat ogenblik lopen er op de kerkhoven mensen rond die met verf en kwast een centje proberen bij te verdienen door de namen op de grafstenen te herschilderen. Bij ons blijven die namen er voor altijd opstaan, maar daar worden die geschilderd en zijn de letters jaarlijks vervaagd.
De dag zelf krioelt het er van het volk. Mensen brengen een picknick mee en blijven de hele dag bij het graf zitten, waar ze hun tijd verdrijven met – je gelooft het niet – gokken! Op het kerkhof lopen priesters rond en als je die een paar Peso’s toestopt komen ze bidden bij je overledene. Dan worden de speelkaarten terug bovengehaald of wordt er nog een hapje gegeten. Daarna gaat iedereen slapen. Nee, men gaat niet naar huis om te slapen! Men slaapt gewoon op het kerkhof! Nou ja, voor de temperatuur hoeven ze het niet te laten, want zelfs in november haalt men daar ’s nachts nog vlotjes meer dan 20°C.
OMGAAN MET DE DOOD
Als Belg met een Filippijnse echtgenote werd ik op de Filippijnen reeds twee keer geconfronteerd met de dood. De manier waarop men daarmee omgaat verschilt enorm met wat wij hier gewend zijn.
Tijdens onze vakantie in 2003 zouden we vanuit onze thuisbasis in Ormoc City een uitstap maken naar Padre Burgos, op het zuidelijkste puntje van het eiland Leyte. We zouden eerst mijn schoonbroer en schoonzus oppikken, maar toen we daar aankwamen vertelden zij ons dat ze forfait moesten geven, omdat de oom van mijn schoonbroer die nacht overleden was. Na de familie gecondoleerd te hebben, vertrokken wij dus zonder hen op uitstap.
Toen we in de late namiddag terugkeerden, reed ik eerst langs mijn schoonzus om te informeren of ze al wist wanneer de begrafenis zou plaatsgrijpen. “Die is al voorbij,” was het antwoord. Ik schrok mij een hoedje! Om negen uur ‘s ochtends was de man dood aangetroffen en om vier uur in de namiddag lag hij al onder de grond.
Er zijn in Ormoc City twee kerkhoven: één voor de rijken en één voor de armen. Op het kerkhof voor de rijken kan je grond kopen en die is dan voor altijd van jou. In België staat er een tijdslimiet op zo’n concessie. Daar niet. Maar je moet die dus wel kopen en daar hebben arme mensen het geld niet voor. Dus worden de meeste mensen begraven op het kerkhof voor de armen en dat gaat zo:
Nadat men had gemerkt dat zijn oom overleden was, was mijn schoonbroer naar een dokter gegaan, die de dood moest komen vaststellen. Gewapend met de door deze dokter getekende overlijdensakte ging hij vervolgens naar het stadhuis, waar hij de overledene op de dienst bevolking liet uitschrijven. Samen met zijn broer en enkele kozijns ging hij dan een goedkope kist kopen en zette die thuis af. Nog armere mensen maken hun kist zelf. Daar werd de oom in de kist gelegd. Let wel: hij was in de loop van de nacht overleden en eerst ’s morgens gevonden. Het lichaam was al stijf en hij lag met zijn benen opgetrokken. De knieën moesten dus gebroken worden om hem in de kist te leggen. Bij ons doet de begrafenisondernemer zo’n dingen buiten het zicht van de familie. Hier doet de familie dat zelf!
Intussen was mijn schoonbroer met zijn kozijns naar het kerkhof gegaan om te vragen waar ze hem mochten begraven. De verantwoordelijke van het kerkhof had de plaats aangewezen en voor de rest moesten zij hun plan trekken. Zij groeven zelf de put, met spaden die zij zelf hadden meegebracht, en keerden dan huiswaarts. Intussen was de priester verwittigd en trok de hele familie in processie, met de kist op de schouder, naar de kerk. Daar sprak de priester een paar gebeden uit en wijdde de kist, die dan terug op de schouder ging. Te voet trok het gezelschap naar het op een steile helling gelegen kerkhof. Daar werd de kist in de put gelaten, die dan door de familie zelf terug werd dichtgegooid. Precies zeven uur nadat men de man dood in zijn bed had aangetroffen was alles voorbij. Zo worden op de Filippijnen onbemiddelde burgers begraven.
EERST BETALEN, DAN BEGRAVEN
Als je geld hebt kan het ook anders. Dat hebben wij een jaar later ervaren toen de grootmoeder van mijn vrouw overleed. Dat gebeurde de maandag van de laatste week van ons verblijf in Ormoc. Vrijdag zouden wij terug naar België keren en natuurlijk wilden wij haar nog voor ons vertrek begraven. Maar dat voor elkaar krijgen bracht heel wat aarde aan de dijk!
Ik wou niet dat oma een instant begrafenis kreeg, zoals de oom van mijn schoonbroer het jaar voordien. Dus reed ik met mijn vrouw naar een begrafenisondernemer om de begrafenis te regelen. We kozen voor een beperkte balseming, die vijf dagen standhoudt, want oma zou in haar huisje opgebaard worden in een open kist.
Op de Filippijnen vraagt de traditie dat er na een overlijden negen avonden na elkaar gebeden wordt in het huis van de overledene. Daarna krijgen de deelnemers aan de gebedswake een maaltijd aangeboden. Eén keer moet de naaste familie ook een nacht bij de overledene doorbrengen. Mijn vrouw heeft dat gedaan, maar zij vond het niet nodig dat ik dat ook deed.
Wij wilden oma niet op het arme-mensen-kerkhof begraven, dus zouden we op het andere kerkhof grond kopen. Zoals alles is ook een begrafenis op de Filippijnen naar onze normen spotgoedkoop. Met de grond en alles erbij betaalden wij voor het hele gebeuren de prijs van een zerk bij ons in België. Dat was dus geen probleem! Het probleem was echter wel dat dit alles gebeurde enkele dagen voor onze terugkeer en dat bijgevolg ons geld bijna op was. Hier ga je dan naar een automaat en haalt er geld uit, maar in Ormoc kon ik met mijn Visa-kaart nergens terecht. American Express en Master werden wel aanvaard, maar ik had enkel Visa. Ik belde dus naar mijn moeder in België met de vraag om geld over te schrijven. Dat geld zou eerst donderdag arriveren en dat was de dag van de begrafenis.
We legden dus uit dat we eerst donderdag konden betalen. Dat was een probleem, want op de Filippijnen wil men niemand begraven alvorens alles volledig betaald is. Ergens kan ik dat begrijpen, want de meeste mensen kunnen zo’n begrafenis niet betalen en de firma zou vaak naar haar geld kunnen fluiten. “Ik heb alle begrip voor uw standpunt,” zei ik, “maar ik ben geen Filippijn. Ik kan dit heus wel betalen. Kwestie is alleen om het geld op tijd hier te krijgen.” “I’m sorry, sir,” zei de manager, “maar zolang wij het geld niet ontvangen hebben kan de begrafenis niet doorgaan.” Er ontspon zich een discussie en op een gegeven moment vroeg zij: “Kan u mij een referentie geven van iemand hier in Ormoc?” “Zeker,” zei ik onmiddellijk. “Bel maar naar uw vice-burgemeester.” Zij keek van mij naar mijn echtgenote. Die knikte instemmend. De manager nam de telefoon en belde naar het cabinet van de vice-burgemeester. “Paul en Roselle Carremans? Ja, die ken ik! Geen probleem, hoor! Die zullen u zeker betalen.” De dame was nu een beetje gerustgesteld en we mochten de begrafenisondernemer meedelen dat de begrafenis donderdag kon doorgaan. Maar we moesten dan wel donderdagmorgen, nog voor de ceremonie begon, komen betalen.
Donderdagmorgen ging mijn vrouw naar de bank en wat bleek? De transactie had een dag vertraging! Het geld zou eerst vrijdag toekomen, maar dan moesten wij vertrekken. Paniek! Wij terug met de manager van de begraafplaats gaan praten. Probleem! Indien het geld er niet was, kon oma niet ter aarde besteld worden. Nu begon ik mij kwaad te maken. “Mevrouw, zie ik eruit als iemand die zijn rekeningen niet kan betalen? Bovendien hebt u een referentie gekregen van uw vice-burgemeester!” “Sorry, sir, maar dat is niet voldoende.” Er werd nog een tijd heen en weer gediscussieerd en tenslotte - ben ik een Belg of ben ik het niet? - werd er een compromis bereikt. Ik zou ons minibusje in onderpand geven. Doorgedreven onderhandelingen hadden als resultaat dat ik het wagentje nog mocht gebruiken voor de begrafenis, maar dat ik het daarna bij hen moest achterlaten. Als mijn schoonfamilie dan vrijdag, na ons vertrek, de rekening ging betalen, zouden zij de auto terug mogen meenemen. Wat een heisa!
Enkele uren later kwam iedereen samen in het huisje waar oma lag opgebaard en kon de rit naar het kerkhof beginnen. Ik reed als eerste achter de lijkwagen, met mijn schoonfamilie. Achter mij reed nog een minibusje waarin de rest van de familie had plaatsgenomen. De stoet werd gesloten door een open vrachtwagen die een van mijn schoonbroers had geleend en waar de rest van het gezelschap als beesten in rechtstond. Het deed mij denken aan de televisiebeelden die ik gezien had van Jodentransport tijdens de tweede wereldoorlog. Voor mij was dit mensonterend en indien men mij op voorhand had verteld dat ze dit transportmiddel gingen gebruiken om onze gasten te vervoeren, waren ze ongetwijfeld op mijn veto gestoten. Maar onze gasten vonden dit heel normaal. Waarom zou ik mij er dan druk om maken?
De begrafenisstoet hield halt aan een grote, open kapel voor een gebedsdienst. Daarna werd oma naar haar laatste rustplaats gedragen. Die was niet moeilijk te vinden, want er stond een grote partytent over de put opgesteld. Over die put stond ook een metalen frame waarover de riemen gespannen waren om de kist mee neer te laten. Daar werd de kist opgezet en tot mijn grote verbazing terug geopend. Men was blijkbaar nog niet van plan ze te laten zakken. In België gaan we na de begrafenis naar een zaal, waar pistolets en koffiekoeken gegeten worden. Hier worden op het kerkhof broodjes uitgedeeld aan de gasten. Vandaar de tent! Nadat we allen gegeten hadden werd er nog een laatste keer rond de kist verzameld voor een gebed. Toen werd ze gesloten en in de put neergelaten. Een Filippijnse begrafenis is toch wel iets apart!