De hypochonder en de bakkersvrouw
De hypochonder had beschimmelde
boterhammen gegeten en voelde
dat hij doodging aan jeukende tenen,
onderweg naar de apotheek bedacht hij zich
dat die gesloten was en hoestte wat kruimels op
om de weg naar huis niet te vergeten sms'te hij,
zijn dochter die kende het nummer van de psychiater
uit haar hoofd en zou een afspraak regelen
in de late namiddag zo rond een uur of halfvijf,
om de beestjes in zijn hoofd te verdoven
was er meer nodig dan paracetamol en een
wandeling door het park bij het vallen van de avond,
onderweg naar huis vertelde de bakkersvrouw
dat paddenstoelen op brood smeren
hielp tegen stervende tenen,
door ingebeelde straten zwaaiden er witte lichten
naar papieren huizen waarachter wentelteefjes
een man versuikerd in bed legden.