'Een espresso alsjeblieft'.
Ik zeg het en zwaai alvast met mijn bankkaart, alsof er op plaatsen en momenten als deze nog iemand contant betaalt.
De vrouw aan de kassa wijst met haar kin naar het betaalbakje terwijl ze aan de koffiemachine draait. We wachten samen op het biep-geluid en ik lach schaapachtig als onze ogen kruisen. Dat laatste is een tic van me die ik eigenlijk wil afleren, net als al te vaak sorry zeggen en mopjes maken in situaties die ik pijnlijk vind.
Ik herpak me en ga op het terras zitten met mijn zonnebril op. Ik nip er van mijn espresso en klap mijn laptop vastberaden open.
Alsof ik op deze vroege ochtend al niet én van de trap viel bij de dermatoloog (ik ben ok), én yoghurt op mijn kleed morste én schaapachtig stond te lachen aan een betaalbakje in een koffiezaak.
Het voordeel van alleen koffie gaan drinken is dat niemand de haperende voorgeschiedenis van jou en dat moment daar aan die tafel kent. Daar zo, met mijn zonnebril, mijn koperkleurig schuimende espresso en mijn verhaal zou ik zo maar een zelfverzekerd kordaat schrijver kunnen zijn.