blauwgrijze ogen
heldere diamanten
een achterste
waar je op kan bouwen
kleine kuiltjes in de wangen
een lach die doet lachen
een stem en rake woorden
die dromerig beroeren
gedachten vastgelijmd
geen ruimte voor debat
en eigenlijk hoeft dat niet
je hebt toch altijd gelijk
lege mokken overal
koude koffie, soms ook thee
onaangeraakt en vol
over het hele huis verspreid
onze kasten moeten leeg
propere kledij vliegt de machine in
zelf ongedragen spullen
horen niet ongewassen te blijven
zachte kusjes op mijn lippen
warme dijen verstrengeld
niemand op de wereld
behalve misschien wij
ons jong dat net als ik
opwaarts dient te kijken
nooit zal iemand zelfs
op jouw schouderhoogte komen
het zijn maar kleine flarden
onbeduidend voor de lezer
flarden die jou in mijn blikveld schilderen
spreken over wat jij voor mij betekent