geen geluid
er was geen geluid, sprak mijn innerlijke stilte
mijn geest door teveel beeld overschaduwd
dwong me tot denken al modderde ik wat aan
de klepel van hun klok zocht ik, wou roepen
bij momenten verdwijnen, het ontstemde me
verbleekte me, als dat ene blad dat vergeelde
afvallen wilde, aan twijg onwetend bengelde
viel en er werd als verloren nut opgeveegd
er was geen geluid, het ontstemde door lawaai
in ruimte vulde ik me wild, naar verloren klepel
zocht ik, als voor klok er verdwenen onwetend
hing mijn geest, en hun overschaduwde deel
vragen verdrong ik, twijg noch blad pasklaar
er niets anders te doen, wist ik, nut vergeelde
mijn schaduw liep er vast, hun klok tikte luid
dwong me tot denken, hun deel niet het mijne
er was geen geluid, ik was en er teveel beeld