het regende
zonet regende het, al werd ik niet nat
de weinige druppels leken even te willen
als dat zuchtje in wind schuilde Regen
voor wolken en zon, hun teveel overdag
verdrong zijn bestaan, Regen wou kort
machtig gelezen als vormde zijn beslag
inktdruppels tot vers, in Regen kon ik
lezen er kort wezen een zegen, vandaag
mijn verkoeling, al liep inkt dooreen
zijn vleug pikte ik, papier als bijzonder
zijn touch niet als op andere dagen hield
Regen zich stil, ik herkende mezelf als
op keren dat ik mee niet wist me in te
houden, ook ik sprong dan uit mijn doos
ik vergaf Regen, zijn druppels machtig
in avondsprong maakten mee het verschil
als wou zijn inkt mee tegelijk op papier
vertellen in vers, dat ook hij me erkende