Gisteren vernamen wij via de satelliet- televisie, dat er in Vlaanderen, voor het Islamitische offerfeest, niet meer onverdoofd ritueel geslacht mag worden. Op deze manier zou een einde gemaakt moeten worden aan het dierenleed. Het is te zeggen, overal krijgen de beestjes eerst een spuitje toegediend, alleen bij de erkende slachterijen mag het halal- mesje nog vrolijk rondzwiepen. U leest het goed! Twee maten en twee gewichten. Typisch hypocriet gemekker. Tegen het dierenleed? De schapen in kwestie hebben natuurlijk helemaal niets in de schapenpap te brokken waar ze het liefst hun hoofd zouden verliezen. De meeste ingeburgerde moslims, die hun schaapjes ondertussen op het Europese droge hebben, sturen geld naar hun thuisland om daar het rituele slachten in stand te houden. Toen er op het journaal ook nog de uitleg over het offerfeest achteraankwam en waarom die schaapjes massaal op een Arabische harakiri aan hun einde moesten komen, vonden we helemaal, dat het eens tijd zou worden dat er hier eens een duchtig woordje zou gesproken worden met die geloof- en dierenbarbaren. Om Abraham zijn geloof op proef te stellen, vroeg God hem het onmogelijke. Als teken van volledige goddelijke overgave, moest Abraham zijn enige zoon aan God offeren. Gewoon de diepgelovige man eerst een paar dagen lastigvallen en slapeloze nachten bezorgen in de hoop dat hij toch als een mak schaap zijn nageslacht de berg op zou sleuren. Als het mes zich bijna in de zoon geboord had, kwam God op zijn sadistische woorden terug en met een hemelse vergevensgezindheid nam hij toen genoegen met een schaap. En door dit sprookje worden er nu nog steeds, anno 2015, niet alleen in de moslimwereld maar ook in de ‘beschaafde’ westerse wereld, miljoenen halal- schaapjes onverdoofd ritueel geslacht. Hypocriet Vlaanderen!
Toen het terreuralarm in België afgekondigd werd, vroeg de Antwerpse burgemeester aan de regering om soldaten aan alle mogelijke doelwitten te plaatsen. Het plaatselijke politiekorps had andere prioriteiten, zoals snelheidsduivels flitsen, Wodkacontroles houden en verkeerd parkeerders beboeten. Dus de regering stemde toe en aan alle synagogen, Joodse scholen, diamantairs- wijken, stations en andere belangrijke gebouwen zag men zwaarbewapende soldaten de zaak bewaken. De Antwerpse bevolking was er gerust in, het terreur werd serieus genomen. Niemand stoorde zich aan de militaire bewaking. Men voelde zich veiliger. Alleen een tjeef, uit diezelfde regering, die anders bijna nooit een stap in Antwerpen zette, kwam heel hypocriet, samen met zijn christelijke madame en een ‘toevallig’ opgetrommelde nest persmuskieten, de Antwerpse Meir afwandelen, om aan te tonen dat de soldaatjes veel te duur waren en hier helemaal niet nodig waren. Hypo-crisis-stan.
En dan wil ik nog een woordje schrijven over ons voormalig koningshuis. Hoe hypocriet kan je zijn, als je na een Delphineke gedaan te hebben, de ring van de paus gaat kussen? Ik zie ze nog op de televisie, zij de heilige Koninklijke boon met een kanten niemendalleke…op haar hoofd en hij met zijn doorzondige blik, neerknielen voor die jurkenman om door die kus al hun zonden af te kopen. Ik dacht dat de voltallige roddel- en rioolpers gierend van het lachen achter hun computer zouden kruipen om ons opnieuw een smeuïg verhaal over ‘papillon’ te brengen en minstens ons geheugen nog eventjes zouden opfrissen, maar niets daarvan. Kappersblaadjes vol knielende devote majesteiten. Hoe gaat dat dan in zijn werk, zo’n audiëntie? Praat de ene geheelonthouder dan met een vermanend vingertje de schuinsmarcheerder toe, alvorens de verlossende kus mag gegeven worden? Vraagt deze mijterman dan: “Sire, vertel het mij eens allemaal in geuren en pornokleuren!” “Ach U weet, of weet het niet monseigneur, maar het vlees is zwak en toen ik net over de grens zag, dat een prins met wat Lockheed- centjes er een minnares op kon nahouden, dacht ik, hé bien pour moi la même chose. Het was tenslotte niet helemaal alleen mijn fout, dat ik na jaren uitgedoofde Italiaanse passie, mijn Koninklijke staf in het verkeerde paleis parkeerde. Ik maakte van mijn dotatie een beetje een natuurlijke donatie. ’t Was tenslotte maar één letter verschillend hé!” Knipoogt die seksloze sinterklaas dan en vertelt die dan op een Alzheimer-light timbre: “Denkt U Sire, dat wij nooit in de verleiding komen? Dat onze jurk niet nu en dan omhoog komt, omdat onze kruisgang geprikkeld wordt? Wij bidden dan tot onze Heer, dat onze kleine heer van purperrode schaamte ineen zou schrompelen! Onze Heer hoort ons soms niet en dan behelpen wij ons met nu en dan een neefje, een misdienaartje of een koorknaapje op onze schoot te trekken. Voor een paar extra ouweltjes en een likstok krijgen we ze soms zo ver, dat ze ook onder onze jurk het wijwater gaan zoeken. Ach Sire, waarom denkt U dat wij in sommige kloosters de volledige zwijgplicht afgeroepen hebben, als er daar één zijn mond zou opendoen, enfin om te praten, dan had je de godsdienstige poppen aan het dansen. Dus Sire, kus straks samen met Uw madame mijn goddelijke ring en al Uw zonden zullen vergeven worden!” Hypochristusstan!