Ik kan nog even hopen dromen lekker zinloos zijn.
Zolang de regen zon niet schuwt. Nu het nog kan.
Hoewel ik zeker ben dat Bartje beter Engels spreekt dan Brugs.
Nochtans. Heel simpel en ik weet het. Bart in het Arabisch is gewoon ook Bart.
Hij zit al op zijn troon en straks. Geloof me vrij. Wordt het alleen maar erger.
Weldra komen ze terug. Ze keken naar de koers door slijk, op onverdraagzaam asfalt.
Alles liep doorheen dat Vlaemsche Land. Sommigen zijn nog even op reis.
Een weekendje naar Griekenland, een schoonheidsslaapje in hun Benidorm.
Tom heeft al zijn trouwe domoorbende en zij staat al klaar.
Zijn guillotine voor hetgeen als vreemd bestempeld wordt. Zijn stapeltje met vooroordelen reikt ten top.
Straks. Dan wil hij met die scepter zwaaien, zeggen hoe het moet.
Nu het nog kan. Zolang de splijtzwam nog niet overheerst.
Nu het nog kan. In alle talen van de regenboog zal ik nog snel iets schrijven.
Straks dan komt er een decreet. Subsidies aan bordelen vol verhalen, aan dit prostitutienetwerk voor gedachten in gedichten.
Bart en Tom zullen beslissen. Geld voor het huis der pennenhelden.
Ja. Een beetje. Maar het zal, het moet, echt alles in het Nederlands.
Daarom. Nu het nog kan, nog mag, zal ik me snel, nog even lekker laten gaan, in alle talen van de regenboog.
(wordt vervolgd, nog snel voor de verkiezingen)
proloog van 'In alle talen van de regenboog', uit de reeks 'Waanhoop'