De lente is al een tijdje onderweg maar warm wordt het niet. Buiten is het frisjes en de temperatuur komt al dagen niet boven de 20 graden. Het is soms droog en soms nat, het is van alles wat. Op het platteland is het nog goed toeven. Je komt tot rust en de stilte is zaligmakend. Ik kom al jaren bij boer Klaver over de vloer. Hij heeft zijn melkmeisje ontmoet op natuurlijke wijze 30 jaar geleden. Met de fiets rijd ik elke ochtend naar de boer voor verse melk. Elke avond rond 6 uur staat mijn melkkan klaar met melk. Aan 1 liter melk heb ik genoeg. Het melkbusje staat altijd netjes naast de andere 5 melkbusjes. Af en toe loop ik de stal in om de koeien gedag te zeggen. Hier in de buurt houdt iedereen van verse melk. De boer en zijn vrouw hebben nog 40 koeien en beschouwen het als hobby vee. Hij heeft blaarkoppen en Friese-Hollandse koeien. De namen van de koeien kan ik niet onthouden. Ik onthou alleen de bruine koeien en de zwarte koeien. Waarom moeilijk als het ook makkelijk kan. Voor de koeien is er veel veranderd. Sinds vorig jaar heeft boer Klaver een open stal. Betere leefomstandigheden voor de koeien. Het melken gebeurt in de open stal. Ze komen vanzelf naar binnen als het tijd is als er gemolken moet worden. De koeien bepalen zelf wanneer ze op stal blijven of lekker willen grazen in de wei. Af en toe hoor je de koeien loeien, het blijft een mooi plattelands geluid. Op het weiland staan ook bomen waar ze onder kunnen liggen als het te warm wordt. Aan alles is gedacht. Een waterbak voor de dorstige koeien staat ook in de wei. Sommige koeien drinken liever uit de sloot die grenst aan het land waar tarwe is gezaaid. Elke keer als ik ga kijken zie ik alleen de zwarte koeien buiten in de wei. Ik sta altijd even over het hek te kijken en af en toe schiet er een haas voorbij. Langs de slootkant tref ik geregeld een blauwe reiger die honger heeft. Het is vandaag lekker weer en beland bij het weiland met de koeien van de boer. Als ik bij het hek sta te kijken komt even later ook boer Klaver aan. Hij komt gezellig even langs en samen hangen we over het hek en genieten van het magere zonnetje die even spontaan doorbreekt. Samen roken we een sigaret, hij zware shag en ik een Caballero. Gewoon omdat het kan. We praten over koetjes en kalfjes. Na een uurtje lopen er in de wei nog steeds alleen maar de zwarte koeien. Ik stel hem een toch maar die ene vraag. ‘Jij het toch ook bruine koeien.’ ‘Oh, je bedoelt de blaarkoppen.’, zegt de boer. Ik antwoord gelijk, ‘Ja die, waarom zie ik alleen de zwarte koeien buiten grazen.’ Boer Klaver kent z’n koeien en zegt: ‘De blaarkoppen komen alleen naar buiten als het 22 graden of hoger is.’
Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.
Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.