In je huis, Guus
waakt een hond
en ook een kat
Maar wel een dolle weerwolfskat
die zo snoezig is
Dat elke indringer,
bandiet of piraat
Met een enkel ooggebaar
zich terug in de armen van
zijn moeder praat
Vervolgens veegt de pluizige staart
het huis schoon
van dromend ongevaar