Ik denk dat het omstreeks 21:13 geweest moet zijn dat de waanzin in de schoenen schoof,
van daaruit alleen maar opwaarts, in een spiraalvormige beweging, een hoofd vol weldra,
hoofd was een zware put geworden die een nieuw draagvlak voor de toekomst werd, we
werden een vriendschap op houterige benen die bonkte in de kiezen en klapperde in de
wijsheid.
De drank was vroeg, de werkelijkheid oneindig; wij zouden weggegaan zijn naar een vrede
moest er liefde ontstaan zijn, en die was er: een atmosferisch hoogtepunt dat willekeurig
abstracties uitkoos: de opgezette pauw (kieskeurig) de ambivalentie die ook in de lucht hing
(standvastig en immer aanwezig) de hiërarchie tussen de spraakmakers (altijd bereidwillig)
maar hij ontstak slechts even af tegen het gelige schijnsel ‘avond’ die de muur bewerkte met
pars pro toto. IK MOET JE HERKEND HEBBEN DAARIN. Daarna droomde ik weg:
de kasseien: eindeloos, vermeerderingseffect,
de weg is in feite niet zo lang, het is alsof je kruipt in je stappen die
de wil willen en de wijsheid begeren vooraleer
te domineren
en werkelijk ieder mens was een ding geworden
als ik draaide door de steegjes op zoek naar
de wagen
ik vond de wagen niet meer
ik heb nog nooit geweten dat ik zo blauw was
de kasseien eindeloos het hoofd gewoon erg lang
en moegestreden
en iedere vriend had ik gewoonweg even niet meer
voor een keer
was ik anders
maar dat-ligt-niet-aan-mij Tuxedomoon citaat
zeer toepasselijk op ronddolen
want het is hun klank die mij vastzet op de opdracht
de benen kermden en de wielen sputterden
geelzucht
en alles werd vroom
zo ook de tastzin
alles wat me nog restte
en ik ben nooit vergeten
hoe je anders was in mijn anders
dat ik je aanreikte en vroeg
en zeg nou zelf
we waren een ander paradijselijk gebeuren
En ergens boven de beweging stopte de beweging al met versnellen
boven waar de toekomst nu voorspeld werd en genegeerd.
In mijn hoofd is alles zeer helder maar daarbuiten
zwijg ik liefst en draai me om naar de buitenkant
die is anders ziet u.
Mijn benen zullen kermen en de wielen sputteren
maar het hoofd
het hoofd
is een baken die ik vertrouw
mijn boei van geweld,
alleen hiermee kan ik nog standvastig de praktijk van angst beoefenen
en een gebrek aan uitwegen verplichtte me de waanzin te kopen
in mijn voeten het hoofd in.
Gelukkig ben ik nooit vergeten wat anders was en de vertrekken
met slaap inkleurde en het gebonk verduisterde tot een tinnitus
die me nooit echt zorgen baarde want ik was een jong vaandel-
drager van de kleuren en zo heb ik me altijd ingezet te blijven.
I’m a keeper, so you can keep me close bijgevolg en inderdaad
de telefoon rinkelde plots:
Het was een stem die groette geen boodschap
maar is dat niet in het zovele
het zovele
dat alles verschuilt in de minimale toevoegingen
die elkaar opstapelen en elkaar opzeggen
Het was een archeoloog die mij vond.
Nee.
Geen 2e Brussel, alleen maar een zoektocht
naar het overgeblevene dat zweeg.