ontzet
als voor wilde voeten gegooid, werd ik ontzet
uit mijn ritme, alsof ik me snel wenden moest
in verschrikking school verdriet, die waarheid
wou ik ontlopen, het liefste de rug toekeren
bedampen, oprollen en rusten laten, dit euvel
wilde verstreken, als onder enige stijfsel vers
uit monden vielen grauwe woorden uit onwil
als wolven beestig, bliezen weg vrije eenheid
uit dat verhaal, niet we er naar adem happen
er was niet meer, niet minder, voldongen feit
die regen na zonneschijn, storm zonder wind
het verdict een beleefd vriendelijke schuifaf
tussen lijnen lag afstand het niet durven delen
dat hart koos niet zelf, het waren die anderen
hun vingers wezen me weg, uit bestaan nodig
als die volle vuilniszak werd ik vroegtijdig
buitengezet, er verkommeren naar inhoud
ongezien projectiel, er verdampen in de zon
niet die afwijzing, voelen er de boodschap
bleek me veelzeggend, tussen die lijnen lag ik
te blinken mijn trots gelukkig hoog rekenschap
ook wist ik een beetje al, immers voorvoeld
deze uitsluiting kon, als realiteit aannam ik
niet gevloerd wilde ik, niet ontmanteld ik er
uit mijn heilige graal teder nog, putte ik me
erin kern, voor blinden voelbaar materiaal
in liefde werd ik vaker geslagen, zelfs zonder
die anderen, hun gelederen braken niets, wij
hun illusie, verbonden onzichtbaar voor beeld
dan nog was, elk verhaal kwam tot een einde