hun gillen sloegen in
als getijden op verlaten kusten
en men vraagt zich af
of ze dan wel te horen waren
als ze werkelijk zo monddood
de golfbrekers teisterden
hun handen beefden
bij onmeetbaar op de schaal van Richter
maar men vraagt zich af
of dat wel te voelen is
als het niet op de monitor verschijnt
wanneer ze zo rillen
hun monden zwegen
in alle talen die ze hen nooit hadden geleerd
toch vraagt men zich af
of ze dan wel echt muisstil waren
en misschien dan net schreeuwden
in een taal die ze zelf niet kenden
hun ogen
hun handen
hun tranen
hun gezichten
hun bebloede lijven
wil geen mens ontdekken
maar toch worden zij gekoloniseerd
aan de kar gespannen
als werkpaarden vol verwaarloosde blikken
voor het grotere goed
zeggen mannen in pakken en verzorgd uitgedoste vrouwen
die wat op hun moeders lijken
(maar dat maakt niet uit want zij zijn geen moeders meer)
en op hun vervreemde vaders
(maar dat maakt niet uit want het zijn zij die vreemd zijn)
ik vraag mij af
of dat het wel waard is
kinderen laten sterven in het holst van de nacht
om toch maar te kunnen zeggen
zie je wel
ik had gelijk