Het strand is je deurmat
die me welkom heet
M’n hart klopt
maar weet dat het binnen mag
Het zout in mij
is je namelijk niet vreemd
Je proeft het
met je schuim
dat m’n tenen gedag zegt
Terwijl ik op mijn surfplank lig
til je me moeiteloos omhoog
langs die plek aan m’n buik
waar enkel jij mag komen
En je neemt me mee
Je waterkrullen
omhelzen me compleet
en witte rook zegt me
dat ik het antwoord
eigenlijk al weet
We dalen samen af
en we surfen op die andere wij
richting die andere mij
en worden samen water
