Musicbardude’s log :
stardate 01/12/21 – 19:46
Ik trek dat blijkbaar aan, onbekende mensen vertellen me soms ongewenst en ongepast hun diepste zielsroeselen. Dingen die ik soms echt niet wil weten.
Mijn vrienden en kennissen mogen dat natuurlijk, graag zelfs, maar wildvreemden die dat doen, het is een eigenaardig gegeven.
Misschien is het een soort uitstraling die ik heb, ben ik soms te vriendelijk, te open ?
Ik heb het daarnet nog gecheckt… nee ik heb geen tattoo-tekst op mijn voorhoofd die zegt “vertel uw problemen enzoo aan mij. Ik los dat op.”
Achter de toog werd dat ook soms van mij, als part of the job, vereist. En zeker als ik mensen kon bijstaan met wat levenservaring, goede raad enzo. Echt geen probleem.
Voor de toog heb ik daar minder behoefte aan.
Een paar weken geleden was het weer zover. In Zwijndrecht, in de buurt van de kerk waar ik een volkscafé was binnengestapt. Het terras was open en alhoewel het een frisse dag was, besloot ik toch maar om me daar te zetten, zicht op het kerkplein en de grappige menselijke activiteiten.
Begrijpelijk, dat er geen bediening was op het terras en ik binnen aan de toog mijn koffie moest bestellen. Met alle plezier, snuif je ook wat van de sfeer van het café op en maak je ineens kennis met de cafébazin. We geraakten in afwachting van mijn koffie wat aan de praat over de horeca, wat er allemaal bij kwam kijken, de problemen enz. Ik liet me in een onbewaakt moment ontvallen dat ik ook een café had uitgebaat en gestopt was, maar ik trad niet teveel in detail.
Er waren buiten mij op dit middaguur slechts 2 klanten, allebei éénzaam en apart gezeten aan een tafel aan de muur tegenover de toog. Een verfrommelde man maakte zich plots los van zijn tafel en kwam bij ons staan. Hij had natuurlijk wat van onze conversatie opgevangen.
Na mij een iets te stevige hand te geven en zijn voornaam te prevelen. Stortte hij een woordvloed uit, waarvan ik slechts flarden in verstaanbaar Nederlands kon verstaan.
Vroeger dokwerker geweest, hard moeten werken altijd, niet zoals de jeugd tegenwoordig.
Hij kwam vroeger graag in ‘t stad, zuipen en achter de vrouwen lopen, op auto’s dansen. Ik moest eens weten hoe dat het er vroeger aan toe ging. Enz. Enz.
Je weet wel de straffe verhalen van een gemiddelde buitenstedelijke man.
Af en toe knikte ik wat meelevend maar na enkele minuten was ik het wel beu, bovendien stond mijn koffie gereed en die mag je niet koud laten worden.
Ik onderbrak zijn verbale diarree met een kort, “tot straks ik ga even eerst mijn koffie drinken” en stapte naar buiten.
Twee microseconden later stond hij bij mij zijn monoloog verder te zetten, maar zijn toon werd wat agressiever, flarden van dat hij goed kon vechten en dat hij meermaals had moeten tussenkomen hier in het café.
Amai, toen hij nog zo jong was als ik, had hij me eens moeten tegengekomen. Hij begon ook wat met zijn vuisten te zwaaien…
Ik sipte rustig verder van mijn koffie en uiteindelijk bedaarde hij en ging terug naar binnen.
Een klein kwartiertje later toen ik ging afrekenen aan de toog, zat hij alweer op zijn vertrouwde stek.
Nog snel even naar de toiletten. Daar hing de liefstelijke toiletgeur die ik ooit geroken had, ik ben zelfs enkele malen binnen en buiten gelopen om de ervaring over te doen. Ik heb de cafébazin bij de afrekening het merk van die airfreshener dan ook doen noteren. Mooie fooi achtergelaten zoals het hoort.
Ik had de buitendeur al in mijn hand toen ik me toch nog even wendde tot de oldtimer (was zijn naam reeds vergeten).
“Hoe oud ben je eigenlijk, als ik je zo bezig hoorde was dat allemaal precies lang geleden”
“Ik ben al 52 en jij ?”
“Al 43” loog ik tevreden.