Lezen

Een stille krater

Het is een ogenschijnlijk alledaags tafereel: mijn vrouw en ik die in stilzwijgen naast elkaar zitten op het doorgaans niet erg comfortabele metalen meubilair van de NMBS. We wachten op de trein richting Brussel, om vandaar verder naar Kortrijk te gaan, naar het Wonder Festival — meer bepaald naar de audiovisuele installatie Calamity, over het moment vlak voor een bominslag. Mijn broer had er muziek bij geschreven. Het is op dat moment dat mijn vrouw plots een teken van verbazing geeft tijdens het lezen. Omdat ze zich wel vaker verbaast over dingen die niet per se verbazingwekkend zijn, vraag ik nonchalant wat ze gelezen heeft.‘Juf Stefanie is dood!’ zegt ze, op een onbedoeld kinderlijke manier.Even dringt dat niet tot me door, maar wanneer er tranen over haar wangen rollen, daalt het besef neer als een ijskoude priem in mijn keel. Juf Stefanie, de vroegere lagere-schooljuf van mijn zoon, is er plots niet meer. Ze was veertig geworden. Zo staat het in de WhatsApp-groep van de school, tussen allerlei andere berichten. Er wordt, bij gebrek aan woorden voor zo’n nieuws, dan maar naar passende emoji’s gezocht, die totaal misstonden. Maar helemaal niets zeggen is nog erger. Ik leg een arm om mijn vrouw heen, terwijl ik er zelf ook een nodig heb. Er is iets van mijzelf afgebroken wanneer ik het lees. Alsof een kind in zijn onbezonnen enthousiasme een bloem heeft uitgerukt. Een overweldigend gemis. Niet zozeer een persoonlijk verlies — ik kende haar enkel als juf — maar een verlies van een hogere orde, het besef dat niet juf Stefanie het leven verliest, maar het leven juf Stefanie. Ze was erg begaan met haar kinderen, heel intelligent, creatief en altijd lief. Ik lees de leegte van mijn boodschap onder het bericht: ‘Zij was zo’n goede en warme juf.’ Alsof het daarmee gezegd is. De installatie is indrukwekkend. Een hoop schermen is aan elkaar gekoppeld om samen één grote woestijnvlakte te tonen waar alles kalm is. Totdat de muziek suggereert dat er iets staat te gebeuren. Rode, tapijtachtige figuren glijden heimelijk over de heuvels. Veel tijd om zich voor te bereiden krijgt het publiek echter niet: in een splitseconde kleurt alles donkerrood en lijkt de muziek stuk te gaan. Een hels lawaai en hoekige geometrische figuren die snijden als messen grijpen naar de kelen van de omstaanders. Daarna komt de verslagenheid.Volledige duisternis.Een stille krater.

Lennart Vanstaen
1 0

De misdaad in de tuin

Op een zomerse woensdagmiddag haastte Leon zich van school naar huis. Hij had stress voor het huiswerk dat hij nog moest maken en wilde zo snel mogelijk thuis zijn. Leon was zeventien jaar en had astma; bij warm weer was ademen soms moeilijk en daarom hield hij zijn puffer altijd bij zich. Hij woonde samen met zijn zus Shelly en zijn papa die sinds twee jaar alleen voor hen zorgde. Hun mama was overleden en Leon miste haar elke dag. Zijn papa probeerde zijn best te doen voor zijn kinderen maar hij was ook heel verdrietig. Zoals elke dag nam Leon alleen de bus naar huis. Toen hij in zijn straat was, merkte hij iets vreemds op: de voordeur stond open. Even probeerde hij zichzelf gerust te stellen en dacht hij dat het de wind was, maar diep vanbinnen was hij ongerust. Binnen zag hij dat het huis volledig overhoop was gehaald. Zijn hart begon sneller te kloppen en zijn ademhaling ging tekeer. Hij panikeerde en zijn puffer viel uit zijn hand. Leon begreep niet wat er gebeurd was. Toen hij merkte dat de vijf gouden zwaarden van zijn mama verdwenen waren, voelde hij boosheid opkomen. Die zwaarden, die ooit toebehoorden aan zijn mama, een kung-fu-master, waren zijn belangrijkste herinnering aan haar. Bezorgd om zijn dieren liep Leon naar de tuin. Hij had twee katten, drie honden en vijf kippen. Terwijl hij telde, verstijfde hij: hij zag maar één kip. Tranen rolden over zijn wangen terwijl hij zich neerzette. Hij voelde zich machteloos en alleen, zonder te weten dat zijn papa op dat moment, onderweg naar huis was. Plots hoorde Leon geritsel in de struiken. Zijn hart sloeg opnieuw op hol. Waren het zijn verdwenen kippen, of was er nog iemand in de tuin? Hij hield zijn adem in en probeerde zo stil mogelijk te blijven. Voorzichtig nam hij een tak die tegen zijn fiets stond om zich te verdedigen. Toen hij de struiken opende, zag hij een gemaskerde man. De man schrok, maar Leon schreeuwde zo luid dat de hele buurt het kon horen. Leon sloeg met de tak naar de man. Die haalde een van de gestolen zwaarden tevoorschijn en viel Leon aan. De man wilde ontsnappen. Leon wist de aanval af te weren en sloeg terug waardoor de man viel en met zijn hoofd tegen een steen terechtkwam. Hij lag op de grond. Met trillende handen trok Leon het masker af en herkende zijn buurman. De buurman schaamde zich. Op dat moment kwam Leons papa thuis. Hij voelde opluchting toen hij zijn zoon zag en luisterde naar Leon zijn verhaal. De politie werd gebeld en de buurman werd opgepakt. Leon besefte dat hij geluk had gehad. Zijn papa was fier op hem want Leon was een held.

louie
0 0

Brievenpost van Dinges | Aan de makers van Blind Getrouwd

Beste programmamakers We kijken heden ten dage naar de tiende editie van 'Blind Getrouwd'. Dat is behoorlijk lang voor een tv-programma. Maar nog niet lang genoeg voor een plaats in de top 10 van de langst lopende tv-programma's in Vlaanderen. In die lijst staan zeepprogramma's zoals Thuis en Familie, maar ook Duitse krimi’s à la Tatort en Derrick. Waar is de tijd naartoe, dat we hier nog naar Duitse series keken. "Hände hoch!", riepen we dan op de speelplaats. Maar we wijken behoorlijk af. Ik schrijf u deze brief omdat ik u wil vragen om te stoppen met 'Blind Getrouwd'. Ik geef toe, dat is geen klein verzoek. Maar ik vertel u graag waarom mijn verzoek gefundeerd is. Daarvoor moet ik u meenemen naar vrijdag 12 juni 1992. Toen heb ik, een week voor onze trouw, met de vrienden in café De Kiezel mijn vrijgezellenfeest gevierd.  Het feest liep behoorlijk uit de hand. Het bier vloeide rijkelijk en ik weet niet of jullie dat zich nog herinneren, maar in die tijd had je buiten aan de zijgevel van het café een urinoir. Ik dacht dat het een goed idee was om een luchtje te gaan scheppen en tegelijk een kleine boodschap te doen, maar ik kreeg me daar een klop van de voorhamer. Ik begon te draaien als een pindop en liep pardoes tegen het verkeersbord van eenrichtingsverkeer. Mijn rechteroog zat meteen dicht en niet veel later kreeg ik op beide ogen een infectie.  Een week later was er geen verbetering in zicht en moest ik noodgedwongen met twee lapjes voor mijn ogen trouwen. Het was me daar een schouwspel, dat kan u zich wel voorstellen.  Tijdens de huwelijksdans heb ik meer op de tenen van mijn vrouw gestaan dan op de dansvloer. Bij het snijden van de huwelijkstaart heb ik bijna de linkerhand van mijn meter tante Louisa afgesneden omdat ik er gruwelijk naast zat. En er zijn nog van die dinges. Zo heb ik mijn bruid de hele dag niet zien lachen.  Bij de start van elke jaargang van 'Blind Getrouwd' is er altijd wel iemand die tegen mijn vrouw zegt: "Dat heb jij ook voorgehad hè. Désiré is ook blind getrouwd met jou. Met die lapkes voor zijn ogen”. U zal begrijpen dat het niet meer plezant is.  En als ze bij mijn vrouw op het werk over 'Blind Getrouwd' praten, moet ze er altijd aan terugdenken. Het programma wordt dan nog eens twee keer per week uitgezonden. Het houdt gewoon niet op.  Daarom mijn vraag om met het programma te stoppen. Het vet lijkt me toch van de trouwsoep te zijn. Als uitsmijter geef ik u graag nog een quote van mijn buurman Gust mee. “Och, ze lopen toch allemaal in hun ongeluk Désiré”, zegt hij telkens. Als zijn vrouw Mariette in de buurt is, zegt hij het natuurlijk op fluistertoon.  Mijn echtgenote en ik zullen u zeer dankbaar zijn mocht u ons verzoek willen inwilligen. We zijn bijgevolg niet blind voor de inspanningen van uwentwege, door mee na te denken over nieuwe programmaformules. Wat denkt u bijvoorbeeld van een programma over gelukkig gescheiden koppels. Dat klinkt zot, ik weet het, maar wacht er niet te lang mee, of ze zijn u voor.  Ondertussen verblijf ik  met de meeste hoogachting  Désiré Dinges

Désiré Dinges
7 0