Maud Wilmssen

Gebruikersnaam Maud Wilmssen

Teksten

Veranderend (Brief)

Het is een veranderend moment, weten dat sommige dingen niet kunnen veranderen. Het voelt onmogelijk om uit te leggen hoe het voelt, een wanhopig en naakt gevoel dat geen enkel adjectief kan uitleggen. Om te weten dat ik mezelf zal zijn voor altijd, en weten dat ik altijd zal blijven proberen om meer te zijn dan wat ik ben. Om te weten dat ik altijd zal proberen maar nooit zal slagen. Zoals een hond die zijn eigen staart achtervolgt, of een verloren ziel die in cirkels rond wandelt. Het is een delicaat ding, dit begrip. Want ik ken groei, ik ken verandering en ik heb ogen die de wereld rond me zien. En toch ben ik constant, pijnlijk mezelf. Ik herken mezelf in zeldzame momenten, in het geluid dat mijn oren maken in de stilte, in het moment dat ik mijn kaak ontspan en ze terug voel opspannen. Ik leef nu in een wereld die niet voor mij ontworpen is, maar toch wil ik een deel ervan weg snijden en het zelf ontwerpen. Dat is de enige oplossing voor alles. Als ik niet kan veranderen, moet ik alles rond mij veranderen. Als mijn brein niet begrepen wordt hier, moet ik breder denken tot dat begrip mij vind. Maar de dingen die mij aan deze aarde binden zijn de dingen die me neer houden. Als verandering nodig is voor iemand die niet kan veranderen, waar begin je dan? Het is een raadsel, een mysterie, een epische mythe in de manier waarop het al verteld is. Ik denk graag dat wat voor mij bedoeld is mij zal vinden, dat de belangrijke schatten van mijn leven hun weg naar mij toe zullen vinden. Maar er zit meer achter dan dat, toch? Wat voor mij bedoeld is zal mij vinden, wanneer ik mijn ogen open en het zoek. De belangrijke schatten van mijn leven moeten eerst opgegraven worden, nadat ik een oud papier heb gevolgd naar een grote rode X. Het wacht me allemaal op, maar ik moet het ontmoeten op de plaats waar het wacht. Is het te verdrietig om te zeggen dat ik te moe ben? Ik weet dat dit de waarheid is, maar ik ben zo moe. Uitgeput van enkel wakker worden elke dag. Het is niet gewoon mijn lichaam dat pijn doet, het is mijn bestaan. Het is alles, het fysieke, het ingebeelde en het buitengewone. Elke neuron dat het vuur in mijn hoofd aanwakkerd doet me pijn. En toch verwacht ik van mezelf dat ik op sta en iets beter vind. Stop met deze constante luiheid en sta op. Sta gewoon op. Het is een gemene gedachte die recht uit het vuur komt in mijn hoofd, en mijn hoofd is mijn thuis. Ik moet leven in een brandend huis en ik kan niet naar buiten gaan en mezelf redden. Het is een veranderend moment, weten dat sommige dingen niet kunnen veranderen. Om te weten dat ik moet leven met alles. Om te weten, of te hopen, dat er ergens iets beter is maar geen enkele kans hebben om er dicht bij te geraken. Ik zal altijd proberen en nooit slagen, maar ik ga toch proberen om dichterbij te komen.

Maud Wilmssen
8 1