thomar

Gebruikersnaam thomar

Over thomar

Ik vind het leuk om observaties om te zetten in een tekst.

Teksten

Chrysanten carrousel

In onze streek zijn er meerder chrysantentelers.  De potten worden er in de loop van het jaar mooi opgelijnd, op kleur en soort.  Van ver lijken ze met hun groene kopjes op een defilé van mini soldaten, onbeweeglijk in hun parade.  Maand na maand  zie ik ze aanzwellen,  maar ik heb nog lang  het raden naar welke lijn welk kleur verbergt. Hoe ze het fixen weet ik niet, maar de meeste telers slagen er wonderwel in, ondanks de variabele weersomstandigheden, om te pieken naar de dagen voor Allerheiligen. Enkele weken voordien pas verraden stippen het kleur van de rijen.  De ‘vroegpiekers’ worden snel te koop aangeboden en sieren voordeuren en perken. In de komende dagen  zie je rond en in onze kerkhoven een optocht van mensen, in stilte gehuld, geladen met chrysantenpotten, sommige nauwelijks te omarmen. Eénmaal per jaar vullen deze doorgaans oases van rust zich met geroezemoes van vroege bezoekers op weg naar het graf van geliefde of familie..  Je ziet ze onderweg links en rechts speuren naar de namen die herinneringen oproepen van oud of jong verdriet. Hier en daar zie je stiekem een spons of borsteltje voor een jaarlijkse kleine kuis, want graven horen er bij Allerheiligen of Allerzielen netjes bij te liggen. Langzaam maar zeker verdwijnen de grijze verweerde kleuren van de grafzerken onder een bonte verzameling chrysanten in een opbod van kleuren en grootte. Tegen Allerheiligen zijn de kerkhoven omgetoverd in een collectief kunstwerk, een meesterwerk zonder meester. Ik vraag me af of er ook potten geplaatst worden op de strooiweiden.  Het zou in elk geval een prachtig schouwspel kunnen opleveren.  Van de strak geordende kweekvelden naar een willekeurig samenspel. Hoe meer mensen kiezen voor crematie en verstrooiing, hoe groter het carrousel en collectief meesterwerk.   Vroeger zag je vooral witte chrysanten, nu heb je tinten wit maar ook roze, lila, paars, pistache… Chrysanten stralen voor mij ondanks hun weelderige bloei een zekere tristesse uit, hun lot zo verbonden aan de eerste nachtvorst.  Als die nachtvorst even uitblijft worden kerkhoven echter even een leuke plek om in rond te dwalen. Breng de moed op om op een zonnige morgen er langs te gaan, en je wordt door de lage zon en ochtenddauw beloond met een collage vol schittering en weerkaatsing van kleuren in de waterdruppels, een collage die lijkt alsof ze met een lakvernis bedekt is. Na een paar dagen is de rust weer helemaal terug, en in de daarop volgende weken verzamelt de gemeentewerker pot voor pot de verwelkte exemplaren.  Stilletjes wordt grijs weer de boventoon en maakt het kerkhof zich op voor de winterslaap, in afwachting van het volgende carrousel.

thomar
2 0

Jakobsladder

Ik ben al lang overtuigd dat woordspelletjes in al zijn varianten goed zijn voor het brein. Het is daarom ook meestal het eerste waarmee ik me in de vroege ochtend kan vermaken, mij kan opwarmen.  Ze verruimen tevens mijn woordenschat.   Hoewel soms vergezocht, zijn er vaak leuke verrassingen te lezen, zoals deze Jakobsladder, een woord dat ik al wel eens gelezen had maar eerder associeerde met één of andere plant.   Wie dezer dagen bij valavond gaat wandelen, maakt grote kans om een Jakobsladder te zien.  Het zijn de zonnestralenbundels die doorheen een wak in de wolken een plek op aarde beroeren. Dat verschijnsel dankt zijn naam aan Jakob, een profeet, die er een verbinding in zag tussen God in de hemel en zijn aardse verblijfplaats. Jakobsladders zijn er in alle mogelijke varianten, smalle en brede, lichte en straffe stralenbundels, doch niet alleen de wolken lenen zich voor dit spel.  Ook bomen in een bos kunnen een weergaloos stralenspel opleveren.  Het momentum vangen is de kunst.  Meestal is dat kort voor zonsondergang met laag zonlicht, grote wolkenmassa’s in de lucht, of langs bossen met hoge stammen, met laag en fel tegenlicht.  Je moet snel zijn om ze te zien en vast te leggen, want ze zijn vluchtig als de lucht.   Ik ben alvast blij met deze ontdekking, en geef de voorkeur aan de bijbelse verklaring.  Vóórheen had ik er geen naam voor en moest ik steevast aan mijn boezemvriend denken, die het parallel trok met die antieke driehoekige prenten met het opschrift ‘ God ziet U’, waarop een God met stralend aureool staat afgebeeld. Alle middelen waren goed om de mens godsvrees aan te jagen en mijn vriend moet danig onder de indruk geweest zijn. Telkenmale we onderweg zoiets zagen klonk het “zie ginds, een God ziet ons”.   Ik ben blij dat ik het nu kan benoemen, en dat de naam mogelijkheden schept.  Opstijgen of neerdalen, maar zonder vrees. Gelukkig is het als kijker quasi onmogelijk om net op die verre goddelijke plek te zijn waar de stralen de grond raken.  Welke eindeloze discussies of zelfs oorlogen zouden daar niet om uitgevochten worden? Ik hou het bij het bekorende van dit lichtspel.  Het zet stukjes landschap in de schijnwerper, en ik betrap me erop dat ik probeer te raden waar die stralen de grond raken, welke plaats uitverkoren werd.       Zo zie je maar dat een woordspelletje aanzet kan zijn voor een denkspelletje met woorden.

thomar
6 1

KRISKRAS

Het is woensdag, en dan komen de kleinkinderen ’s middags van oma’s kookkunst genieten.  De macaroni, de gehaktballetjes, de wok, alles zoveel beter dan thuis. Oma slooft zich elke woensdag af om het iedereen naar zijn zin te maken.  Eén voor één verdwijnen ze dan in de loop van de namiddag, niet zonder nog dat dessertje mee te pikken.   Als de laatste belhamel is verdwenen willen wij zelf ook onze zinnen verzetten. Na dagenlang door de ramen naar buiten naar de regen te turen, is het droog.  Droog maar een flink stuk frisser. Niet te kiezen in dit land, of te nat of meteen te fris.  Het brengt ons niet van ons stuk.  We pakken ons goed in tegen de kou, en weg zijn we .  Het jaagpad langs de Schelde laat ons toe om eerst even warm te draaien. Een vriend medicus vertelde me ooit, dat je eigenlijk per jaar van je leeftijd een minuut moet opwarmen, in ons geval dus ruim een uur.  De eerste gure koude besliste daar anders over.  Als je op de fiets vertrekt is het altijd uitkijken in welke richting je vertrekt.  Best tegenwind, dat maakt het makkelijker keren.  Dat blijkt de goede keuze te zijn.  We worden beloond met een oranjerode zonsondergang.    We schakelen snel naar een hogere trapsnelheid om nog warmer te krijgen want samen met de zon valt ook de temperatuur.  We worden net voor zonsondergang beloond met een uniek spektakel.  Duizenden krassende kauwen wervelen rondjes rond een populieren bos in een weide vlakbij. Spreeuwen doen dit vaker, maar van kauwen zag ik het nog nooit. Groepjes van enkele tientallen dat wel, maar duizenden, nee.Ook kauwen blijken echte acrobaten in de lucht en ze draaien in wilde gesynchroniseerde golven rondom de bomen.  Misschien vertellen ze elkaar over de belevenissen van de voorbije dag, de jachtsuccessen, of ruziën ze gewoon voor een slaapplaats in de bomen. Op het moment dat de zon achter de horizon verdwijnt verstomt opeens alle geluid en vallen ze letterlijk neer in de kruinen van de bomen.  Ik stel me voor dat ze hun pluimenkraag opzetten en knus bij elkaar warmte en geborgenheid zoeken.  Het is voor ons ook hoog tijd om te keren.  Thuis zullen we onze inmiddels verkleumde handen warmen aan een hete kop thee of chocolademelk en nog even nagenieten van het wondere spektakel dat we te zien kregen.  Ik vraag me af of ik ’s morgens ook beloond zou worden met een gelijkaardig spektakel bij het eerste ochtendgloren, maar ik heb de moed niet om daarvoor zo vroeg in het duister langs de Schelde naar hun slaapplaats te fietsen.  

thomar
6 0

Notenslag

Al sinds mijn prille jeugd heb ik iets met noten.  Mijn noten verzameldrang zorgt er elk jaar weer voor dat ik in het begin van de herfst tijdens mijn fietstochten langsheen een zorgvuldig uitgestippeld notenbomen parcours de nog groene bolsters ga monsteren.  Dat is belangrijk voor de keuze van mijn ‘moment suprême’, de datum van de notenslag, vast te leggen.  Van zo gauw ik de eerste barsten zie verschijnen stijgt de spanning, verhoog ik de frequentie van mijn inspectierondes, plan ik mijn notenslagdag.  De laatste jaren valt dit moment steeds vroeger in de herfst, wellicht gerelateerd aan de lange droge periodes ten gevolge van de klimaatverandering.  Ik herinner me dat enkele jaren geleden  de herfstvakantie begin november de start was van het gescharrel tussen de bladeren en tengels.  Dit jaar mocht ik al eind september mijn slag slaan.  Ik heb mijn vaste stekken voor die notenstroperij, ver genoeg van ’t stad waar ik de laatste jaren de duimen moest leggen voor groepjes allochtonen die gewapend met stokken en stenen de nog groene onrijpe bolsters uit te bomen proberen te gooien. Nee, geef mij maar die vergeten soms reuze notelaars die eenzaam hun waar staan aan te prijzen en geduldig wachten op die enkele gelukkige scharrelaar.  De bruine nog gebolsterde exemplaren laat ik liggen in de wetenschap dat de kleurstof van de notenschelpen soms nog dagen je vingers bij het pellen verkleurt zoals die van een kettingroker. Bovendien blijken die achtergelaten exemplaren van onschatbare waarde voor onze inheemse fauna.  Ik geniet telkens weer van het vlieg- en breekwerk van eksters, kauwen en kraaien.  Deze vliegende stropers maken er een sport van om met een noot in de bek een steile klim te maken boven een weg of verhard pad, om vervolgens in de top van hun vlucht de noot te pletter te laten vallen, soms keer op keer tot ze openbarst  Met een al even steile duikvlucht haasten ze zich daarna naar hun herfstfestijn. Niet alleen vogels zijn handig in dit notenwerk.  Er zijn nog liefhebbers.  Sinds mijn buurman een dragende notelaar heeft in zijn voortuin, en er zo’n rosse eekhoorn huist in zijn verwilderde tuin, vind ik in het voorjaar notelingen. Dat zijn met het vooruitzicht van mogelijk barre tijden weg gestopte exemplaren in alle mogelijke vergeten potten en bloembakken.  In het voorjaar zijn die notelingen al een paar decimeter groot en met enige droefheid moet ik ze willens nillens verwijderen of ook mijn tuin ondergaat hetzelfde lot. Eénmaal verzameld leg ik mijn oogst te drogen, en tot de volgende notenslag trek ik elke week wat tijd uit om ze te breken en te degusteren, want zo weet ik ‘a nut every day keeps the doctor away”.   Ik deel mijn oogst gul  met de gevleugelde wintergasten in de tuin.  Jaar na jaar op het ritme van de seizoenen voel ik me dankzij de noten heel even jager en stroper. Notenslag : de eerste dag van  mijn nieuwe notenjaarNoten verzameldrang: jaarlijkse terugkerende drang om noten te stropenNotenbomen parcours: parcours langs de mezelf (onwettig) toe geëigende locaties met notelaarsNotenstroperij: het rapen van de noten op bovengenoemde plaatsenNoteling: gekiemde noot met prille stengel, aanzet voor een boom

thomar
3 0