Hoofdgetelefoneerd
Lichtvoetig ik
Perifeer en ten beste gestoord
Een indruk van een hoge help
Achter me de zondvloed
Dus meisjes mogen aangerand
Honden geslagen
Vlees gegeten
Tuig gevlogen
Taarten in vraag gesteld
Profeet Mark stuwt zijn onheil
Stut mijn trance - trekt mijn strakke schoenen aan.
Ik lap mijn laarzen voorlopig aan de
Stront van de voorlopers
Dode slakken
Dwarsliggers
Tegen
En toch ontzet door een halve
Lichaamslengte voorsprong gelegen
Haal dieper adem en dan toch in
Zelfs de wereldbrand mag nu
Adrenaline vergeten.
Daar het wegkantgroen
Geen glimmer vandaag
Geen hevelende nevel
Zweet zal zelf zijn parel moeten vissen
Geen gemiste kat op koord en springen
Als het hart van hardlopende harken
Halfweg van hier verkeer ik
Blijk lustig in de lus
En aanhuizig
Stellig een mier onwaardig
De weg smelt en ik verga
Verword verdicht verwar
Long me leeg
Thuis blijkt onbewogen
Dus mijn hulp wellicht ook onnodig
Op de koelkast prijkt een krantenartikel
Van toen ik de mier ook niet was.
Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.
Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.