Vandaag startte ik mijn drankprobleem.
Om beroemd te worden moest het er van komen.
Van mijn pen kon ik geen heil verwachten.
Dat wist ik van op de basisschool.
Toen had ik pillen geprobeerd.
Afgedankt spul van ma.
Van tijdens haar barensweeën.
Naast de mosterd en de bakpoeder in de keukenkast.
Zomaar neergezet, lang geleden. Compleet vergeeld, wel raak.
Zij smaakten bitter, maar het resultaat was er.
Mijn nieuwjaarsbrief werd de allermooiste ooit.
Rake woorden in de klanken van de regenboog.
Meter Irène begreep niet waar ik ze vandaan haalde.
Zij doopte nog een Petit Beur in haar koffie en stamelde: et bien et bien.
En beschreef het in een lange mail aan aunty Alice in Amerika.
Die het via WhatsApp aan Judith in Koesj verdervertelde.
Lang heeft het niet geduurd.
Een week later reed Danny knal onder een Volvo.
En voilà, het nieuwe wereldnieuws.
Nog een goede schoenlapper minder ook.
Verder had hij er niets voor moeten doen.
Terwijl ik mij uit de naad werkte.
Mijn revanche zou bikkelhard zijn.
Het zuipen kon beginnen.
Weer een schrijver meer op teevee.

