de Broeders

27 dec. 2020 · 6 keer gelezen · 0 keer geliket

Op weg naar de psychiatrische instelling koop ik een Win for Life (slefferkes en ne palmboom; ik heb een ijsje, de zon, een zeilboot en een parasol. Niks.)

De liefdesstraat nummer tien is niet zo ver.

Het is winter, koud en aan de hemel staat een ster.

Mijn brein is een stokoude computer met een kapotte floppydrive.

Soms rook ik teveel sigaretten

en drink ik teveel wijn.

 


In paviljoen ‘Ter Dennen’ ga ik ontwennen.

De deur en de fles gaan op slot en grendel.

De personeelsdirecteur van de Duitse chemiereus is zat en

wordt verdacht van autozwendel.

De nachtverpleegster is een lesbienne en doet aan amateurwielrennen.

Soms ben ik erg kritisch, vooral voor mezelf.

 


De huisarts blijkt de grootste toxicomaan en verstopt zijn drank en drugs in een konijnenpijp.

Philippe, violist bij l’Orchestre Philharmonique Royal de Liège, is een grapjas.

Mijn humeur is als een spontane bloedneus die ik krachtig toeknijp.

Soms hang ik de onnozele uit en ben ik hypocriet.

 


De behandelende geneesheer is erg beroemd en krijg je nooit te zien.

Dit moet ik zeven weken volhouden

en dan is het voorbij.

Vandaag drink ik uitsluitend gin en wel zo’n fles of tien.

Soms ben ik God de vader dankbaar, want

ik lig nog niet op ’t kerkhof, zijn zelf ontworpen herinneringsmachien.

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

27 dec. 2020 · 6 keer gelezen · 0 keer geliket