In de fabriekshal der analfabeten,
dat voorgeborchte,
op de dwaze treinrit voor foute reizigers
is dit slechts een tussenstop, zo ongeveer halverwege.
De handleidingen zijn als Chinees made in
Germany, het baujahr in grote letters.
Dichters sterven er elke dag een beetje.
Wat ze schrijven vindt niemand knap.
In dit bedrijf doen
lijm, perslucht en kettingen
zwijgzaam en in de maat hun werk.
Niks is nog beschut.
De leidinggevenden als vroedvrouwen
van de zwangere duivel.
(Sommige hebben maar één arm en kunnen niet lezen.)
Deze dichter is een invalide.