- 'Is er leven na de dood?'
- 'Best mogelijk. Echt weten doe ik dat niet. Ik leef namelijk nog.'
- 'Je lijkt nochtans een beetje dood.'
- 'Echt?'
- 'Ja. Zo bleek en mager. En je hoofd is een schedel zonder huid of haar. En je draagt een zwarte mantel met zwarte kap. En je hebt een gigantische zeis in je hand.'
- 'En jij bent een mooi meisje.'
- 'Dank je. Ben je er zeker van dat je niet Pietje De Dood bent?'
- 'Mevrouw, u beledigt me. Mijn profiel zei duidelijk 'Henri de Beauvoir'. En daar blijf ik bij.'
- 'Maar je hebt zonet de arm van de ober aangeraakt om iets te bestellen en nu ligt die man hier dood op de grond.'
- 'Gods wegen zijn ondoorgrondelijk.'
- 'Ken je God dan?'
- 'Ja. Nee. Maakt niet uit. Je hebt mooie ogen.'
- 'En jij lege oogkassen. Kijk... Henri... Ik weet niet of dit wel zal lukken... Ik voel me niet echt op mijn gemak bij je.'
- 'Heb je me al ukelele horen spelen? Ik heb al prijzen gewonnen met mijn ukelelespel. De jury zei dat mijn ukelelespel angstige diertjes op hun gemak stelt.'
- 'Ik weet het niet, Henri...'
Henri haalt toch zijn ukelele boven en speelt een deuntje.
- 'Henri! Verrukkelijk! Ik voel me zo op mijn gemak na je ukelelespel!'
- 'Zei ik het niet?'
- 'Kun je nog andere instrumenten bespelen?'
- 'Nee. Ik heb me bekwaamd in één.'
- 'Je stelt me teleur, Henri.'
- 'Wat?'
- 'Slechts één instrument? Je stelt me teleur, Henri. Ik had je nooit naar rechts mogen swipen.'
Twee uur later komt de politie het café binnen. Iedereen is dood, behalve een huilende, vastgebonden vrouw met op haar borst een briefje gespeld: 'Dit is mijn schuld.'
Nergens is er een ukelele te bespeuren.