Als het al geen kunst is, dan toch minstens een buitengewone vaardigheid: nietsdoen. Even tijd nemen voor manuele inactiviteit. Verwar het niet met luieren, rondhangen, chillen of niksen. Nietsdoen is een noodzaak voor mannen, zeker voor onhandige exemplaren, omdat multitasken niet aan ons besteed is. Je handen stilhouden om je hersenen de kans te geven om te werken, daar komt het op neer.
En neer lig ik, om twee uur in de namiddag, in mijn ligstoel. Het is zo simpel als wat, een voorwerp gebruiken waarvoor het bedoeld is, tenzij het van een doe-het-zelfwinkel komt of een handleiding behoeft. In mijn eigen behoeftes neemt mijn hand noodgedwongen ook wel eens de leiding, zij het ondersteund en bijgestaan in de bovenkamer door mijn fantasie. Misschien valt het met mijn onvermogen tot multitasken nog wel mee als het mij goed uitkomt.
Er hangt iets in de lucht. Ik voel het. En ik zie het. Wolken. Wat hou ik van hun veelzijdigheid en hun verrassende vormen. Uren kan ik in de wolken zijn. Grote watjes zijn het. Een beetje zoals ik, maar dan enkele kilometers hoger. Als ze te snel overdrijven (en ik overdrijf niet), verdampen en vervagen ze, tot er niets meer van overblijft. Wolken moeten dus noodzakelijkerwijs vertragen als ze lang willen leven. Even blijven stilstaan. Bij voorkeur daar waar het mooi is. Wat wonderlijk en gek dat ze momenteel mijn tuin kiezen, waar zowel het gras als mijn hoofd een maaibeurt verdienen. Een naaibeurt nog veel meer, en niet alleen mijn hoofd, oppert mijn verstand. Ja, beste lezer, ik heb een opperhoofd, al ben ik geen indiaan, noch heb ik nood aan een leidersfiguur. Volgzaam ben ik lang niet altijd. Effenaf rebels soms, of toch minstens eigenzinnig. Volgen doe ik meestal alleen in de betekenis van observeren. Liefst doe ik mijn eigen zin, zoals de meeste wolken. Op mijn tempo. Er zijn er nochtans die voorbijracen, heftig wenen en daarna vervagen en voorgoed verdwijnen. Een beetje zoals mensen die zichzelf voorbijlopen en vroeg of laat instorten of opbranden. Ik sta liever even stil, zoals nu. Even zonder mensen, even zonder alles. De tijd nemen. Berekend. Traag tot zes tellen om even later in de zevende hemel te zijn, zoiets. Lang en langzaam leven. Doof voor wat hoort en wat niet hoort. Ik hoef niet zo nodig bakken geld te verdienen om alles te kunnen kopen of mijn tijd efficiënt te managen om te gaan bakken in de zon. Snelheidsduivels horen in de hel. Of in de bak. Omdat ze zo snel boos worden als wij, trage mensen, hen in de weg staan. De allerergsten hebben zelfs een turbo boost en een hoge bandenspanning, waardoor ze weinig grip hebben op hun baan en hun leven. Razendsnel en snel razend. Kwaadaardig en aardig kwaad. Ach, laten passeren en laten verdampen. Des te sneller kleurt de lucht hemelsblauw. Past bij mijn gemoed. Ik lig languit, terwijl mijn hoofd werkt. Niemand weet hoe mijn hoofd werkt. Hoe ik naar vermogen leef, niet altijd die indruk geef, maar altijd naar perfectie streef. In denken en straks misschien ook weer in doen. Mijn eigen perfectie. In mijn hoofd, waar alles rijmt en ook weer niet, waar alles zijn eigen plekje heeft en ook weer niet. Gevangen als een vogel zo vrij. Het leven is hemels, zo voelt het althans voor mij. Ik fluit een deuntje. Hou dit gevoel vast, Danny, je geheugen steunt je.