Moerasjaan

29 apr 2024 · 332 keer gelezen · 3 keer geliket

Het is nog moeilijk te ontlopen, dat lithium.

Maar vaderke Carolus, enfin Wütmer dan, de nieuwe bakker, niet Vader Pilchard, die alles liefst mechanisch doet, met de blote vuist, nee Wütmer, de geweldloze zoon, Wuut doet tegenwoordig alle zeven Carolusbakkerijen laten voortdraaien zonder ook maar 1 gram van dat vermaledijde lithium te importeren.

“Voorlopig nog geen enkel probleem," herhaalt Wütmer dan. “Zeiken over dat sjienese schijtlithium altijd,” durft hij er soms onhoorbaar achteraan te mompelen.

Soms trekt hij de broek op. “Er is geen ceintuur die de beleefdheid heeft om mij deftig te willen passen,” neut hij treurig.

Wütmer is Otaku, als een Japanse man met een Peter Pancomplex. Schouw van verantwoordelijheid. Bang om verkeerd te doen.

Verslaafd aan 4- en 8chan en, toendertijd, ten tijde van de The Great Storm, een grote gelover aan de verzinselen van de mistige weg- en weerkruiper Q, die niks meer bleek dan een gemelijk en gallig bijproduct van imageboards, een hoax op wereldschaal, waar er mensen voor gestorven zijn.

---

Wanneer men zulke dingen ziet voltrekken dan mag men gerust een keer het hoofd buigen, gerust een keer bedenken, uit eerbied en respect: "NK'EH LCFR'ATON." Nyarlaniaans. Wonderlijk gebracht in zijn Theater van de Macht. Schijnbaar willekeurig, maar meesterlijk en buitengewoon uitgevoerd.

Het hielp tenslotte om de oranje oppertrol Clownald op een witte paddestoel te hijsen vol schandstippen. En 'm een van de meest verantwoordelijke functies ter Aarde in de trollenhandjes te douwen.

A.I. ondertussen zit met verbazing te aanschouwen wat ze van de mens nog allemaal kan leren.

Soms, stelt onze therapeute, moeten we ademen.

Ademen? Bewust?

Ooomsss moet je meer lucht door je leven laten waaien.

Dan gaan de blaadjes aan het warrelen en vieren er vlinders door de buik.

Of zoiets..

---

"Ma-aar: het is niet omdat je hier alles in alle vrijheid mag geloven," zegt mooisie Alix, een welopgevoede Carolusbakkerklant, "dat je alles zomaar vrijelijk moet geloven."

Zeer wijs van haar, toch? Vree wijs.

Ze heeft het over ingenieuze wetenschappen en over de biologie van verliefdheid, bij mij hier op terras. Dan tekent ze met fijne ranke vingers scènes in de lucht die ze onthoudt van de poëtische Prerafaëlieten.

Ze is de Tisbe van Pyramus.

Na Alix' geboorte was grootmoeder Oma, een harde tante die tijdens het leven zowat alle sprookjeswolven had verscheurd, hardhorig geworden. Oma was potdoof geworden van die gillende Geboring.

Dus toen Zazie, Alix' versluierde parelmoeder, aan Oma Liezelbeth de naam meedeelde van het babymeisje toen sprak Oma, verschrikt en ongelovig: "Wablief!? Hoe hebt ge haar genoemd, dat kind? Ali-en-nog-iets?"

---

Toch maakt ze makkelijk naam, Alix, en oogst ze lof bij eenieder die haar velden kruist of die in de arena -ocharme- met haar heeft moeten strijden.

Haar lichtende voorbeeld is keizer Augustus, het eeuwige sterrenteken Maagd, de bedachtzame imperator.

Augustus' witte buste, op de nacht van 19 mei ontvreemd uit de KMSK, staat thuis bij Zazie op de schouw te pronken. Het is het enige in heel dat kot dat regelmatig keer wordt afgestoft.

Alix draagt Leven en laten leven als een leuze in het schild. Er staat veel op haar schild. Ook Adolescens laudandus, ornandus, tollendus.

Nog een paar jaar en ook mij wordt ze de meester. Het zij zo. Ik zou haar moeilijk nog kunnen missen en zal 'r altijd proberen te helpen.

Ze verbetert al m'n schrijffouten, de speurhond, en laat sommige opzettelijk staan. "Pipo," lacht ze dan.

Want zij begrijpt de dingen zoals ze niet horen te zijn maar mogen.

Ze is prachtig als ze giechelt. Dan gooit ze met haar stralen genotzalig door de lucht.

Zij en Laïs, ze stralen me vooruit, ze sporen me aan om voort te gaan, om verder te vertellen. Om mezelf te blijven en tevens over de kleintjes te helpen waken, om hen na een volle dag in slaap te fluisteren met een wonderlijk Jack Londonverhaal. Een verhaal dat soms langzaam naar onze eigen levens afdwaalt..

---

   Dat Buck overtreders aanmoedigde, was er de oorzaak van dat ze allerlei geringe vergrijpen begingen. Het vroegere respect verdween en om strijd werd zijn gezag uitgedaagd door de andere. Pike ontstal hem op een avond een halve vis en schrokte die op onder bescherming van Buck. En zelfs Billie, goedaardige Billie, was zo goedaardig niet meer en jankte niet half zo verzoenend als in vroeger tijd.

---

De kleinste mag van Alix een titel verzinnen voor de verhaaltjes die nadien uit de grote verhalen ontstaan. Alix schaaft zorgend bij, vertalend naar het Engels, om later misschien -wie weet- iets mee aan te kunnen, in Hongkong, bijvoorbeeld, of in New York, het mekka van de Uitgever.

Het eerste gebundelde resultaat werd dankzij Alix iets magnifix: This Is not Going to End Well: The Extraordinary Story of a Man I Thought I Knew.

"Ooit wint ze prijzen," hoopt Meeke, "mijn Sterrenkind."

En veel centen. Waarom niet?

Ook Alix gelooft natuurlijk volkomen aan Azathoth maar prefereert Yog-Sothoth om hebzuchtig van te leren, hebberig naar wijsheid uit de Kristallen Sfeer geschapen door Yog, de Dame van de Poorten, stichter van de wetenschap en van de absurditeit van tijd en ruimtes.

Zij, Alix en zus Laïs, de vlinderbloem Laïs, zij sporen me aan om voort te gaan, om verder te vertellen doch behoedzaam te blijven, met alles in z'n tijd.

---

Hij zegt voortdurend “voorlopig geen probleem”, Wuut, ook in veel andere dringender omstandigheden die om de alertheid en de doortastende reactie smeken van een bedrijfsleider met een gezond hart voor de zaak. (Wat daarom geen gezonde zaak betekent voor het hart, weet ook de commerçantenbende Bloedhaen, die zwijnenpan.)

Wütmer Carolus spreekt bedeesd als een betaste koorknaap, de bakker, die nochtans een molen van een vent is, met klauwen groot als wieken. Ziet men het contour van Wütmer af komen kuieren op straat in het pekke schemerdonker dan weet men gelijk: “Ow. Dat daar is een echte echte Kerelbeeknaar. Een echte flinke Kerel. Onze Wütmer, onze Wuut." Wutie voor de maten.

Terwijl, in de realiteit, loopt Wuut soms bang nog van zijn schaduw weg. Rap verschieten doet Wütmer, die ondertussen eind de veertig is.

Stress, paniek en een piepende flatulentie tesamen hebben Wütmer al meerdere hoofdrollen moeten bezorgen in een wilde schare van de schaamtelijkste, meest gênante onsterfelijkheidspassages en slapsticktaferelen uit De Groote Gemeentelyke Anekdoote-Almanak, de GGAA, de GA, zoals de almanak bij Carl Kinboter, de gemeente-archivaris, acronimies in de documentenpapieren staat afgekort. 

Mensen zeggen er nogal benauwd De grote Gemene tegen, tegen dat vadsige strontboek, of kortweg de Gemene. Talrijke waardige eervolle families uit Kerelbeke plus omstreken zouden de Gemene liefst verbrand zien worden en tot as en stof verstampt. Het is met de eeuwen echter een volumineus ingebonden dik kluitenboek geworden dat niet zomaar kan fikken. Dat is althans niet wat er mee zou gaan gebeuren, mee dien almanak.

---

Na het vele vele bakken ’s nachts en ’s ochtendsvroeg, terwijl de machines nog staan na te schudden, bolt Wütmer uit voor de verdere dag. Hij stopt dan hollend met rondlopen te bakken. Knipt de vele lampen uit. Tl-lampen in overtal in Wütmers atelier: de bakker werkt niet graag in de donkerte, ze weegt op zijn gemoed, dat doet ze, ze weegt en ze weegt tot de nachtegaal weer toeslaat. De verzoeking van Ktulu.

Tijdens de donkerte van nacht moet Wütmer wachten tot de tsjiftsjaf ’s morgens aan een riedeltje begint. Dan is hij gerust. Voor de rest is hij zeer op zijn gemak, Wütmer. 

Het Carolusatelier staat tegenwoordig vol geurige vlinderbloemigen die hij inkoopt bij Majka, de moeder van Sefke, een vuile Macedonische speelgoedpop met een ferme franke teut. Voor de rest? Pff. Is Wütmer op zijn gemak.

Verkopen doen zijn heerlijke vitale biobroden vanuit hun eigen zelve. Ze rollen automatisch van de toonplank af, om zo te zeggen, als knapperige en vanbinnen nog kneedbare speltkeutels uit de natuur.

De Carolusbroden zijn flinterlicht gezoeten met een stipt decigrammenaantal speculozenhars en worden tijdens de Grote Mengseling bijbestoven met Indonesische citroengrasimplantaten uit ergens een Korea, plantaten die goedkoper zijn dan Taiwanees-Chinese.

Bestoven Carolusbroden: de klanten zijn er zot van.

---

De bedeesde bakker trekt ’s namiddags graag een pintje open, een kramuukske. “Ktchsss” klinkt "een kramuukske dat openkeert", of waarvan de kroonkurk er met de tanden wordt afgetrokken. Lokale pils Kramuuk vloeit volgens de legende voort uit de zeikend natte Telge, het lokaal vervuilde buchtriviertje dat door de vele locals met zin voor overdrijving de Stroom wordt genoemd.

Ook Wütmer Carolus is een trotse inwoner van de groene moerasjige Vlaamse Streek waarin zijn treurwilgstamfamilie opgroeide en opstond. Hij wil de Streek ooit op een prachtige bukolieke ochtend in de streekkrant fiermaken en blozendoen van trots op hem, de dromerige vikinghoofdman: Wuut de Verdienstelijke.

“Ondernemen is mijn doel om zelfstandig te verwezenlijken,” pompt hij zich soms verse dagmoed in.  

Wütmer kijkt ‘s namiddags met een speciaal abonnement uren naar de live-televisie uit Taiwan, een Chinees ilydisch eiland waar ze technologisch uitblinken zegt Wütmer, om zelf ideeën op te doen.

Maar enkel de goeie ideeën welteverstaan, die de investering waard zullen zijn als het grote moment daarvoor gekomen is en zijn vrouwke Lucille, een bluesgitarist, ermee akkoord zal gaan.

(Over Lucille raakt men, net als over de gitariste van Maya's Moving Castle, nooit meer helemaal uitgepraat. Een verhevenheid is zij, een brokje lokale mystiek, een Kerelbeekse edelsteen. Haar zwarte Gibsongitaar bepingelt de mensen tot zilte tranen toe.)

 

---

 Well, you talk about hard luck and trouble
 Seems to be my middle name
 All the odds are against me
 Yes, I can only play a losing game

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

29 apr 2024 · 332 keer gelezen · 3 keer geliket