“Goedemiddag. Ik ben Marcel, ik zou graag iets willen zeggen over wat de bijbel voor u kan betekenen.” Awel, Marcel, misschien kan dat wel, maar zo aan de bel, dat vind ik moeilijk, jawel.
Genoeg rijmelarij. Soms heb ik zin om die bijbel nog eens ter hand te nemen. Er valt wijsheid uit te halen. En als er iets wat we nodig hebben.
Heb ik nog een bijbel? Ik heb er ooit een gehad. Eentje met een rode kaft. Ik vermoed dat die op zolder ligt. Ergens bij 'Het Verdriet van België'. Dat wou ik afgelopen zomer terugzoeken, na een radioprogramma over het boek.
Diezelfde namiddag meende ik Marcel in het centrum te zien. Ik zei tegen de mevrouw van het café dat de man op het dorpsplein Marcel van de bijbels was. Maar toen hij dichterbij kwam, bleek het hem niet te zijn. Een mens kan zich vergissen.
