Toen het nog niet zo heel erg was maar wel een beetje:
De broer van Mike had een nieuwe vriendin.
Vandaag had hij haar voor het eerst meegenomen naar huis en mocht ze mee-eten.
De moeder van Mike leek veel vrolijker en opgewekter dan anders en ze had een schort met bloemetjes aan. Ze had nooit een schort aan. En zeker niet met bloemetjes. Mike dacht dat ze dat schort vast speciaal voor deze avond had gekocht, net als de bloemen in de vensterbank.
“We eten rollade vanavond!” riep de moeder van Mike met iets meisjesachtigs in haar stem.
We eten nooit rollade, dacht Mike.
De broer van Mike gaf zijn vriendin een rondleiding door het huis alsof het zijn huis was en alsof hij wist hoe het in het huis werkte. De vriendin wilde alles weten. Ze vroeg of Mike echt speelde op de instrumenten in zijn slaapkamer. Mike vond het nogal logisch als je instrumenten in je slaapkamer hebt staan, dat je die dan ook gebruikt om op te spelen.
De vriendin kreeg het grootste stuk van het vlees en ze smakte en hield haar vork raar vast met een soort buiging in haar pols. Mike vond dat helemaal niet nodig.
Soms werd er iets gezegd aan tafel en de vriendin lachte dan haar grote witte tanden bloot en begon te schaterlachen. Als de moeder van Mike iets vroeg antwoordde ze met volle mond terwijl ze onder de tafel haar hand op het been van de broer van Mike legde.
De broer van Mike moest ook lachen om de dingen die aan tafel werden gezegd terwijl die dingen niet eens grappig waren.
De broer van Mike moest bijna nooit om dingen lachen.
En zeker niet om dingen die aan tafel werden gezegd.
Mike wilde ook wel een keer een meisje mee naar huis nemen zodat ze mee kon eten. Hij zou dan een meisje kiezen dat niet smakte en geen hand op zijn been legde en niet zou schaterlachen. Ze had een andere lach gehad, een zachte grinnik. Veel charmanter en eleganter dan de vriendinnen van zijn broer. Maar zulke meisjes zijn nergens te vinden.
Als meisjes je vriendin worden leggen ze hun hand op je been en maken krullen in je haar. Ze kijken in je ogen en kijken niet weg tot dat jij weg kijkt of je knippert. Ze leggen hun handen in jouw handen en pikken je broer af en zijn een nep-broer met nagels en parfum.
Ze vragen naar welke platen je luistert en ze vragen wat je lievelingskleur is.
Ze vragen waar je aan denkt en waar je over droomt.
Ze vragen je zo veel dat er niets meer overblijft.
Net als met rollade.
Ze aten nooit rollade.
En zeker niet als Mike er om vroeg.
Toen er niets meer aan te veranderen viel:
Wat hij het liefste zou willen zeggen, was iets over dat ze samen elkaars navels vergeleken, 's zomers in het gras. Dat hij hem gepest had met zijn navel omdat er zo'n bobbeltje op zat.
Dat ze samen in de roeiboot naar de overkant van de sloot hadden geroeid en het dan leek alsof ze in een ander land waren terwijl hun moeder aan de overkant zwaaide en riep dat ze broodjes en soep konden halen maar ze deden alsof ze het niet hoorden.
Dat hij een keer een tand door zijn lip had omdat hij achter hem had aangerend in het zwembad en toen op de grond viel. Dat hij heel hard moest huilen en werd uitgelachen maar ook werd getroost.
Dat ze samen op de fiets naar het dorp gingen en ze daar met hun handen op de blote benen van meisjes hun eerste sigaret hadden gerookt.
Dat ze waren verdwaald en niet bang waren geweest.
Dat ze stenen gooiden op kippen en huizen maakten voor kikkers.
Dat ze harten hadden gebroken en weer heel hadden gemaakt.
Dat ze hadden gerend door steegjes, gepraat in de nacht en gehuild in de regen, want in de regen kun je dat niet goed zien.
Dat zijn broer moest overgeven en dat eigenlijk niet grappig was en hij daarom maar zijn lach inhield.
Hij had zijn broer bijna nooit uitgelachen, en zeker niet als het echt erg was.
Toen hij op het podium stond en ze hem aankeken,
moest hij iets zeggen over dat hij ze het beste gunde.
Het gelukkige paar.
Zijn broer en zijn vriendin. Man en vrouw.
Iets over liefde en eeuwigheid.
Bestemd zijn voor elkaar.
Maar wat hij het liefste zou willen zeggen,
was dat hij hem zou gaan missen.
Maar dat had hij maar niet gezegd.