Vanochtend leek opstaan zinloos. Zo is dat als de werkelijkheid ontwaakt en de liefde uit je dromen onbestaande is. Ik rolde me op mijn zij, zo klein mogelijk, in de hoop dat de matras me in haar zou opnemen, terug naar dromenland.
Vanuit de andere kamer voelde mijn dertienjarige dochter mijn twijfel. Ze trippelde zachtjes tot bij mijn bed en vouwde het donsdeken half van mijn zij voor een omhelzing. Wat ruik je weer lekker naar bloesems fluisterde ik in haar hals. Dat is omdat ik van bij de elfjes kom fluisterde ze terug.