Hij leidt zijn misleiding,
Prijst zijn oplichting,
Looft zijn leugens,
Coiffeert zijn afzetterij,
Trouwd zijn ontrouw,
Roemt zijn zwendel,
Kuist zijn knoeierij,
Ontkurkt zijn flessentrekkerij,
Illusioneert zijn trucage,
Pluimpd zijn list,
En vleit zijn fopperij.
Glad pratende verlakkerij,
Authentieke veinzerij,
Oprecht bedrieglijk…is hij.
Volksleider, ergo volksmenner,
Vol reden en drogreden,
Wint hij toch mijn vertrouwen,
Echter, niet zonder
Een trechter op mijn hoofd en
Een toeter in mijn mond,
Om de dwaasheid van zijn werkelijkheid,
Verdragelijker te maken.
Silex