Bibberend staat Meesje op de rand van het nest van zijn ouders. Het is een belangrijke dag: vandaag vliegt hij uit. Het nest wiebelt onder zijn trillende pootjes. Mama en papa staan achter hem. Ze moedigen hem aan maar worden ongeduldig. Hij voelt papa's bek zachtjes porren in zijn staart. Wat zal hij hen missen.
Meesje dankt de reusachtige eikenboom die zijn huisje heeft gedragen, ademt diep in en springt. Op het moment hij zijn vleugels spreidt, laat hij nog snel een helderwit scheetje op de stam. Als markering, voor als hij terug thuis wil komen wonen.