Er was een tijd toen de aarde nog een ronde bol was
En niemand sprak over een piek of iets afvlakken
En je creativiteit niet werd gefnuikt
Door Corona doden en statistieken
Je nog vrij en zorgeloos kon rondlopen
Zonder afstanden of meters te tellen
Te wachten op mondkapjes uit China
En toestellen om weer op adem te komen
Toen mensen nog gewoon stierven in rusthuizen
Omdat ze gewoon oud werden
Toen we nog niet terecht kwamen in Whatsapp groepjes
En overstelpt werden met onzedelijke filmpjes
En met dwaze informatie onze handen wasten
Van mensen die ons eigenlijk geen knijt interesseren
En het geklaag van onderwijspersoneel die voor het eerst werken
Want dat waren ze nooit gewoon
Met als enige voordeel dat we dit jaar
Niet naar dat bekakte Songfestival moeten kijken
En eindelijk ademruimte vinden in onze agenda
Eindelijk de vakantiefoto’s van de voorbije zes reizen bekijken
Waarvan we al lang niet meer weten welke foto waarbij hoort
De enige open parken zijn autostrades geworden
Van ontregelde mensen en psychopaten
Die zich verbazen over hun eigen spiegel
Van agenten die niet langer op boeven jagen
Maar op alles wat sociaal in de omgang is
Van regels die vloeien uit een gewond dier
En schreeuwen in een donkere nacht
En stiltes die liggen te wachten op een begrafenis
Waarbij zelfs vier kaartspelers te veel zijn
Omdat we leven in andere tijden
Met zekerheden die pootje gelapt zijn
Met conflicten die verengen in tijd en ruimte
Exploderen in de woonkamer
Ontgroenen in de supermarkt
Tot niemand nog de moed kan vinden
Om de dag van gisteren toe te dekken
En het bed vandaag weer op te maken