Myriam

Gebruikersnaam Myriam

Teksten

Brief uit Belgenland

                                                                                                                            België    Sinksen 2018                      Hallo Leonie, Je bent veel schaarser met woorden dan ik, maar ze zijn zo  goed gekozen en accuraat, dat ik me een beetje overdonderd voel. Ik probeer er toch het beste van te maken.  Ieder vogeltje zingt zoals het gebekt is. Je eerste brief was wel én niet aan mij gericht. Zoals je schreef noopte technische en organisatorische problemen de opdrachtgever tot rechtzettingen. Zo kwamen we met enige vertraging bij elkaar te recht. In je eerste brief schreef  je over de oceaan die zich niet laat temmen ,  dus had je het niet over België en moest ik mee op reis. Je vaderland is Nederland, maar ik lees ook ergens iets over Suriname. Je bent blond en dat associeer ik nu net niet met Suriname.  Mijn vader leerde me een liedje:” In het land van Suriname, zat een bladluis voor de rame . Oladi jee ola dijo! Wat zat die bladluis daar te kijken? Naar een olifant die stond te strijke.” Ik heb het nog nergens anders gehoord en is het misschien een verzinsel van hem. Wat brengt je soms naar Antwerpen of Gent? Waar logeer je dan en heb je  je eigen fiets bij? Het gevoel van  ‘Hier en Daar’ herkende ik meteen. Zuid-Afrika is wel heel ver weg! Erg duur om er te geraken. Gelukkig ligt mijn lievelingsland slechts een zeetje verder. Alweer een raak beeld van de beschrijving van het paringsgedrag van de eenden. Hoe dikwijls heb ik zelf al medelijden gehad met die arme vrouwtjes . In de mensenwereld zouden alle woerden de gevangenis invliegen voor zulk ongepast, brutaal en gewelddadig gedrag. ‘Nikki’ , een bijnaam ? Van waar komt ie?  Dat je ‘Lee’ wordt genoemd is verklaarbaar. Lief dat je een gedicht deelde, gericht aan je grote liefde. Als je gescheiden bent in 1980, leun je eerder tegen mijn leeftijd aan. Dat verbaasde me, want je klonk eerder als een  jonge vrouw . Was je lang gehuwd? Wie is Gibran? Heel delicaat zijn kinderwensen. Ik leerde dat pas kennen op mijn 39ste, terwijl ik al twee volwassen dochters had. Ik had veel geluk. Mijn zoon kwam zo snel als de internetbestellingen vandaag. Tenslotte ben ik heel benieuwd naar het soort werk dat je doet. Ik heb  geen enkel aanknopingspunt gevonden. Het is vast geen alledaagse job. Mag ik er wat meer over weten? Gent, daar zullen we elkaar hopelijk zien. Je zal de stad ongetwijfeld beter kennen dan ik. Kloosterbiertjes lust ik ook wel. Dan kunnen we toosten op de kennismaking. Liefs, Myriam

Myriam
0 0

Fan

                                                                                                         Dorp, 12 mei ,2018 Hallo Leonie, Maak je er een punt van dat mijn brief waarschijnlijk niet echt aan de opdracht voldoet? De hele week heb ik dapper in mijn verre en recente verleden gewoeld op zoek naar een toepasselijke ontmoeting , die ik dan in een boeiende en interessante brief naar jou kon verwoorden. De reeds binnengelopen opdrachten deden me de moed verder in de schoenen zinken. Daar kan ik niet aan tippen , zulke diepliggende en mooie ervaringen heb ik blijkbaar niet in mijn leven. Of toch, maar wil of kan ik ze liever nog niet kwijt ? Misschien bekijk ik het woord ‘ontmoeting ‘ nogal strikt. Zo bepalen je ouders een stuk van je leven ,maar dat noem ik geen ‘ontmoeting. Kinderen beïnvloeden ook een mensenleven , maar voor mij hoort dat zeker niet tot de categorie ‘ontmoeting’. De ontmoeting met mijn ex was uiteraard een mijlpaal in mijn leven. Twintig jaren  hebben we samen geweest en twee prachtige dochters hebben die opgeleverd. Het opgeleefde huwelijk ging uiteindelijk ten onder en de ontmoeting met  een nieuwe , veel jongere collega gaf mijn leven een andere richting. Zo kwam ik door hem van een grootstad op het platteland terecht en werd op mijn veertigste terug moeder , dit keer van een lieve zoon. Meer  dan twintig jaar later pendel ik al zo’n zeven jaar alleen naar Antwerpen met de trein . De vader van mijn zoon liet het leven bij een operatie . Op dat moment deed ik enkele verbijsterende ontdekkingen over hem. Deze feiten maakten dat ik niet echt getreurd heb om zijn heengaan. Natuurlijk zijn de dingen niet zo rechtlijnig verlopen als je hier leest. Als je jong bent is je levensverhaal overzichtelijk en niet zo gecompliceerd. Nu op mijn tweeënzestigste besef ik dat sommige dingen aan mezelf lagen , maar dat wegens aard en karakter ze waarschijnlijk met andere personen evengoed hadden misgelopen. Bovenstaande twee ontmoetingen beïnvloedden mijn leven vooral fysiek. Een werkende vrouw met kinderen  en veelal afwezige vaders heeft niet veel ademruimte. Gelukkig was er de derde ‘ontmoeting’ , in zoverre een tijdschriftartikel als     'ontmoeting’ telt. Begin jaren tachtig las ik in een vrouwenblad een column die uiteindelijk een groot deel van mijn leven  (vooral in mijn hoofd) heeft bepaald. De auteur  beschreef zijn liefde voor Engeland en mijn toen pas ontwaakte hartstocht voor dat land maakte dat ik de tekst niet kon loslaten. In die tijd was er natuurlijk geen internet en het duurde een poosje eer ik kon achterhalen hoe ik deze magische persoon kon contacteren . Mijn eerste brief aan hem was waarschijnlijk enthousiast , hartstochtelijk maar tegelijkertijd ook beleefd , voorzichtig en bewonderend. Zijn antwoord werd onderschept door mijn toenmalige man en heb ik echt nooit te lezen gekregen. Toch slaagde ik er in om een correspondentie op poten te zetten langs  enkele listige omwegen. Zo’n ruime dertig jaren later corresponderen we nog altijd , maar nu vrij en ongedwongen langs het internet. We hebben elkaar al verschillende keren ontmoet en ik gedraag me dan als een gibberige tiener. Corresponderen is duidelijk comfortabeler. Nu de liefdeschemicaliën uit mijn lichaam zijn verdwenen bezie ik hem als broer, onzichtbare vriend en vooral goeroe. Als productief en gedisciplineerde schrijver is hij mijn motor die me aan het schrijven houd. Hij is de rode draad in mijn leven en ik hoop dat hij me nog lang kan blijven inspireren. Vandaag is het een ‘red letter day’ voor mij! Zo dadelijk ga ik zijn nieuwste boek ophalen bij de plaatselijke boekhandel. Het is deze week pas verschenen. Als rechtgeaarde fan keek ik daar  al maanden naar uit! Hartelijke groeten, Myriam    

Myriam
0 0

Droombrief .

                                                                                                  Dorp , 28 april , 2018   Hallo Leonie , Onze correspondentie komt wat laat op gang , dus dit is de eerste keer dat ik me echt tot je richt. Je mag meteen al met me mee dromen. Sommige nachten slaap ik veel té onrustig en té  weinig om me de luxe van een droom te kunnen permitteren . Deze week heb ik toch enkele droombeelden kunnen vangen.   Met mijn volwassen zoon wandel ik door een kronkelende straat  op zoek naar een strand. We lopen over kasseien die plotseling als pianotoetsen  op en neer  gaan en een kakafonie aan klanken  produceren. We bellen aan een huis  en een nijdig oud vrouwtje komt uit haar kleurige voordeur en vloekt tegen ons in een vreemde taal. We stappen verschrikt achteruit en botsen tegen een reuzengrote ananas. Als ik wat beter kijk zie ik aan een gleuf in de bovenkant dat het een brievenbus is. Het vrouwtje bekogeld ons van uit de lucht met knalgroene appels en overrijpe bananen . Plots hang ik in een luchtballon die de vorm heeft van Big Ben . Hij slingert vervaarlijk heen en weer en ik word misselijk . Vervolgens sta ik op een overvolle tram in het centrum van een drukke stad. Mijn oorbellen rinkelen als een xylofoon . Aan de volgende halte wring ik mij uit de tram en vlieg met een bezem  weg.   Dromen doe ik graag. Dan weet ik dat mijn creatieve brein zich aan het opladen is. Een noodzaak als schrijven je ding is . Vele groetjes en tot gauw , Myriam

Myriam
11 0

derde opdracht : brief aan ex

Dorp, 20 april , 2018   Walter, Wat zag je er knap en goedgezind uit op de fotokaart uit Amsterdam !  Fysiek heb ik me na 1984 nog lang tot je aangetrokken gevoeld . Maar je goede luim verdween uit zicht zo gauw we weer thuis waren . Je cafévrienden lokten je ganse dagen en nachten mee , terwijl ik thuis eenzaam op onze twee dochters paste . Zonder veel nadenken en omdat hét moest  waren we in november 1974 in het huwelijksbootje gestapt . Je hebt me nooit verteld wat je dacht van mijn zwarte rok met blazer , die ik toen droeg.  En die zwarte hoed met witte bloemen was nog echt flower power. Wat jij precies aanhad  , weet ik zelfs totaal niet meer . Je moet me eens een foto terugsturen als je wil , want je wou onze trouwfoto’s niet verdelen  bij de scheiding , nu meer dan twintig jaar geleden. We doen nu dus een kleine ruil. Onze huwelijksreis  bestond uit een lang weekend Amsterdam. Veel hebben we van de stad niet gezien indertijd. Ik herinner me vooral de massa’s gehavende fietsen die overal gestald stonden. ’s Avonds durfden we niet buitenkomen , de stad leek dreigend. Ons knusse hotelbed was een  excellent alternatief. De knappe man op de toeristische zwart- wit postkaart is omring door stadsgezichten. Een daarvan is het Anne Frankhuis. Dat bezochten we op onze tienjarige jubileum huwelijksreis. We liepen er samen door de beladen vertrekken. Mijn hoofdmotief voor het bezoek was het feit dat  Anne dagboeken  schreef.  Realiteit boven fictie , misschien een beetje gekleurd , maar toch echt . Jij liep blijkbaar maar met me mee , om de tijd te doden. Tenminste ik weet absoluut niet wat je er van vond en of het je iets deed . Communicatie was zeker niet ons sterkste punt. Het tochtje op de grachten was waarschijnlijk meer je ding. Je kon er een biertje krijgen en je onafscheidelijke sigaret roken. Een drijvende kroeg , dat hield je nog wel wat vol. Zelfs als ik er bij was. Twintig jaar huwelijk hebben we net niet meer gevierd .  Jij hield meer van de drank dan van je gezin en ik dacht een nieuwe liefde te hebben gevonden. Heb jij ooit een traan gelaten om het verlies van je huwelijk ?  Ach, dat zal je me nooit vertellen . Maar in trouwen ben je goed. Ik hoor net van onze oudste dochter dat je het een vierde keer gaat doen. Succes nogmaals !    Myr  

Myriam
0 0

tweede brief

Dear John,                                                                                      8 april Terwijl ik in de 46 jaar die we van elkaar gescheiden zijn veel té weinig aan je heb gedacht ,probeer ik dat goed te maken met deze correspondentie . Ik nam indertijd niet echt afscheid van en je verdween  soms zelfs helemaal uit mijn gedachten. Onvergeeflijk is dat , vind ik nu en nog meer onbegrijpelijk. Pas sinds enige tijd ben ik je ook bewust gaan missen en denk vaak aan mijn kindertijd. Hoe je het gazon van onze stadstuin geduldig afreed met een handmaaier , vaak met ontbloot bovenlijf en zwetend als een paard. De schildpadden in de herfst in een bakje met droog gras zette voor hun winterslaap en ik  ruik soms nog de geur van een rode Belga sigaret. Ik rookte in het geheim met je mee. Kom je morgen ook naar je moeder? Myriam    Beste John,                                                                 9 april Ik weet niet wie het meest verbaasd was bij onze ontmoeting gisteren? Veel  emotie kon ik niet bespeuren  bij jou. Zelf was ik geschokt door het feit dat ik nu  meer dan 10 jaar ouder ben dan jij. Toen ik je vroeg waarom je nog rookte , antwoorde je: “je kan maar één keer doodgaan!” Ik liet je foto’s zien op mijn gsm van  Annelies , Maarten, Karel , Eva , Benny , Kris , Jeroen , Bart en Evelien. Je leek overdonderd en verdween zelf in mijn beeldscherm. Ik was je weer kwijt, maar ook weer niet. Myriam   Lieve John,                                                                   11 april Je ging met me mee naar mijn huis. Je zei dat ik beter auto reed dan mijn moeder . “Mjn zoon lijkt op jou “ merkte ik  op  , “ Vooral van karakter” . Dat vond je raar. Je was je zelf niet bewust van je zorgeloze aard en beschermende vleugels. Of herinner ik me dat verkeerd? Misschien was je wel egoïstisch en radicaal . Zeker is dat je hield van de geneugten des levens. Dat je daarin te kort werd gedaan , kon ik veel later pas begrijpen , omdat ik ook een beetje naar je aard. De twee buitenlandse vakanties die we deelden , hebben een onvergetelijke indruk op me gemaakt.  Verliefd dansen op het toenertijd ondeugende : “Je t’aime , moi non plus!”  Dat liedje doet me nog steeds smelten.  De drang om te rijmen heb ik van mijn moeder geërfd .   Hier het resultaat.   Onze vaders , die heen zij gegaan. Klinken wij op hun naam, Met een glas bubbels of wijn, Dat ze nog lang zonder ons mogen zijn.    Benieuwde groetenallemaal, Myriam

Myriam
0 0

Eerste brief

                                                                        Dorp, 5 april ,2018   Beste schrijfgrage medemens,   Mijn ramen kijken uit op de vier windstreken en elk raam heeft zijn eigen seizoen. Vermits het lente is , gun ik je een blik op mijn tuin van uit het oostelijk venster. Het schuifraam staat open en na de stevige regenbui van daarstaks , liggen op het terrras verschillende plassen. Poes Smartie kijkt me vragend aan en ik open het vliegenraam om haar uit te laten. Ze lust geen melk , maar is verzot op verse regendrank. De scherpe klik , dat het slot maakt , jaagt de twee lawaaierige eksters even weg. Tot mijn ongenoegen bouwen ze ijverig aan een nest in de grote kerstboom. Ooit stond hij in de huiskamer , getooid met slingers en ballen. Nu wordt er om hem gevochten voor een nestplaats, want een koppel Turkse tortels maakt ook aanpraak op zijn stevige takken. Helaas delven ze het onderspit. De Japanse kerselaar staat op springen. Elk jaar is het weer ongeduldig wachten op het roze wonder. Wat ik zeker weet , is dat hij elk jaar op 29 april nog bloesems heeft. Dan verjaart zoonlief en we maken iedere verjaardag een foto van beiden tesamen. Net zoals in Japan is voor de buurt de bloeiende kerselaar het sein dat de winter echt voorbij is. Enkele takken schieten schuin de hoogte in , over de oprit van Annie. Ze vindt dat echter niet erg. Gisteren hielden we nog een praatje over de boom, terwijl haar twee honden ongeduldig stonden te blaffen. Gelukkig maken ze alleen lawaai op straat , verder horen we ze helemaal niet.  Ik vroeg haar wat ze allemaal aan het verbouwen waren aan haar huis. "We maken er een tweewoonst van", liet ze me weten.' Prima voor haar' , dacht ik, dan hoeft ze minder te kuisen en kan ze zich meer bezig houden met de 'panvissers'. Zelf heeft ze me nog nooit verteld over haar hobby , maar Lizette van de fanfare had de zaal eens aan haar verhuurd en zo weet ik het.   Veel weet ik niet over de buren , het contact is eerder lauw , vooral de laatste tien jaren. Daarvoor stonden er nog niet zo veel huizen en waren buren een luxe , nu zijn ze meer een last . Door de verkavelingen zijn de huisnummers aangepast. Daardoor maakt de postbode al eens een begrijpelijke fout. Dat vergeef ik hem/haar . In mijn kindertijd was de facteur altijd een man , die veel tijd had en graag een pintje lustte. Nu is de brievenbesteller een haastige mens , die niet onder het digitale tijdperk uitkomt en die hooguit een blik cola aanneemt om tussen het bestellen door op te drinken. Met wat geluk overleeft hij het dagelijkse verkeer en keert 's avonds doodmoe naar huis. Geen energie meer om een tweede  job bij te doen of een huis te bouwen voor zichzelf , zoals in de goeie ouwe tijd. Hij moet nog steeds elke werkdag  voor dag en dauw opstaan om zijn brood te verdienen in weer en wind.  De uitreikingskantoren hebben in de laatste tien jaar een heuse metamorfose ondergaan. Van stoffige oude lokalen is er verhuisd naar middelgrote fabriekshallen met vertikale werkposten , teamleaders , scanners , mobi's , meetings , feedback en electrische fietsen.  Als je meer wilt weten over het leven van een postbode , vraag er dan maar naar als we elkaar eens ontmoeten. Ik weet er bijna alles van , want ik ben er eentje. Vanavond toch nog energie om naar de uitreiking van de cultuurprijzen te gaan in onze hoofdgemeente . Lizette heeft ons beiden ingeschreven en ik ben dus min of meer verpicht. Sinds ik in het bestuur van de lokale fanfare zit , neemt ze me overal mee op sleeptouw . Ze heeft een beter geheugen dan ik en herkent moeiteloos bijna alle voorzitters en vele bestuursleden van andere muziek- of cultuurvereningen. Ik ben daar erg slecht in. Namen en gezichten sla ik hopeloos door elkaar.  Mensen vinden dat ik verlegen ben , maar eigenlijk ben ik bang om een of andere flater te slaan en houd me dan maar op de achtergrond. Straks ga ik dus naar een toespraak luisteren en  aplaudiseren en een glaasje drinken. Hopelijk is het geen staande receptie , want ik ben toch een beetje moe . Twintigduizend stappen heb ik vandaag op de teller staan en alles bij elkaar nog eeen uur gefietst . Niet slecht hé voor iemand die bijna op pensioen gaat.   Groetjes            

Myriam
0 0

Opleiding

Publicaties

Prijzen