Teksten

De wolf en de drie pony's

Dit verhaal start met drie pony’s. Alle drie leven ze in hetzelfde dorp, in de straat die eindigt waar de bossen beginnen. Elke pony staat apart in zijn eigen wei maar vanuit bepaalde standpunten zien en horen ze mekaar. Hun mensen, Ariël, Ursula en Sebastiaan wonen in dezelfde straat.    Sebastiaan heeft nooit tijd, zijn agenda is zijn hoogste goed. Hij is niet lui, zijn prioriteiten zijn wat vervaagd. Dit gegeven uit zich in een slecht onderhouden omheining. De onderste draad heeft zijn stevigheid verloren en hier en daar zijn er gaten terug te vinden. Ursula doet het beter. Haar omheining staat strak gespannen. Die pony van haar, die kan geen kant op. Ariël volgt de raadgevingen voor wolfwerende omheining. Naast een stevige basisafrastering spant ze nog twee extra draden. Eén op 15 cm van de grond en één op 120 cm hoogte. Ze komen onder spanning te staan, 4500 V is genoeg voor de pony om in de wei te blijven en alles buiten te houden wat niet binnen hoort. De verschillen zijn ook de drie pony’s opgevallen en zijn voer voor een gesprek. Elke ochtend komen ze samen, ze zoeken de plek van hun weide op waar ze mekaar zien en horen. Het doorbreekt hun eenzaamheid en wekt hun kuddegevoel op. Ursula’s pony voelt zich beter dan de andere. Dat krakkemikkig geval van Sebastiaan, daar lacht ze mee. Die bunker van Ariël, is dat niet wat overdreven? Wanneer de pony’s voldoende sociale prikkels geabsorbeerd hebben is het tijd voor zelfzorg en gaan ze ieder hun eigen weg. Ze zoeken een plek in hun weide om ongestoord de biodiversiteit weg te grazen. Niet ver daarvandaan woont de wolf. Hij heeft een verlaten militair domein geclaimd als zijn territorium. Wanneer hij geen zin heeft in everzwijn of ree, gaat hij op zoek naar gemakkelijk te vangen vee. De wolf beslist om op jacht te gaan. Hij sluipt de dichtstbijzijnde straat in en ziet de drie pony’s. Hij komt dichterbij. Hij onderzoekt de drie weides en ziet de zwakke omheining met gaten. Hij moet niet eens moeite doen, hij kan er zo onderdoor. Sebastiaans pony is zijn prooi van de nacht. Wanneer enkele dagen later de wolf honger heeft wandelt hij rustig terug naar de Vrijheidsstraat. Hij maakt het zichzelf makkelijk en zoekt zijn slachtoffer op dezelfde plek. Deze nacht vraagt om meer moeite, de draden zitten strakker ineen. Eronder door is geen optie. Er tussendoor is moeilijk. De wolf, die niet schuw is van een uitdaging, neemt een aanloop en in één vlotte beweging springt hij over de omheining. Ursula’s pony ziet het gebeuren, galoppeert naar het huis van Ariël voor hulp, wordt al snel ingehaald en eindigt als hap voor de wolf. Zijn honger is niet gestild, Ursula’s pony is aan de taaie kant. Opportunistisch als hij is, besluit hij om ook deze nacht terug te gaan naar daar waar zijn eten zo voor het rapen ligt. De twee lege weides negeert hij, zonder omwegen loopt hij naar de grote graasvlakte aan de overkant. Hij kan niet wachten om te ontdekken wat daar te proeven valt. Hij nadert de omheining en wil er onderdoor kruipen. De elektrische schok gaat door zijn hele lijf.             “Verdomme, wat is dit. Dan maar erover.” Hij loopt aan en net wanneer hij wil springen ziet hij de extra draad die de omheining hoger maakt. Hij beseft het te laat en in zijn vlucht raakt een trilling van 4500 V hem aan.               “Scheisse, was ist das” Hij loopt nog een paar keer heen en weer en beseft dat hij zich beter snel uit de voeten maakt. Het is te laat. Aan de ene kant van de straat komen boze buren op hem af. Vanaf de andere kant, gewapend met riek en hooivork, ziet hij de leden van de ‘Weg Wolf’ facebookgroep op zich afkomen. Allen opgefokt door hun eigen commentaren vormen ze een grotere bedreiging dan de auto’s op de baan naast zijn territorium. Ontsnappen is onmogelijk. De wolf wordt gelyncht door de boze menigte. Hulp is er niet, zijn Europese bescherming heeft hij vorige nacht zelf opgepeuzeld.

Vera Eef
0 0

Koeien

Op de zwart-wit foto is duidelijk te zien dat de koe een volle uier heeft. Mijn overgrootvader melkt het dier met zijn handen. De boerderij kent zijn einde lang voor mijn geboorte, koeien melken is een dagelijkse realiteit van voor mijn bestaan. Ik ben opgegroeid zonder boeren in mijn omgeving en toch ben ik ergens onderweg in mijn leven tussen de koeien beland. Naar het voorbeeld van mijn overgrootvader leer ik hoe het moet. Ik zet me neer op een krukje naast de koe, ik plaats mijn hoofd zacht tegen haar lijf en met mijn twee handen die elk een andere speen omringen, duw ik de melk uit haar uier naar de emmer die alles opvangt. De melkoogst van deze handelingen is voor eigen gebruik. Moderne koeien melken op deze manier is een tijdrovende bezigheid. Het voelt eerder aan als een vergeten ambacht die hobbygewijs wordt uitgevoerd. Melkkoeien kunnen vandaag een gemiddelde van 9000 kg melk per jaar produceren. De koe op de foto voldoet waarschijnlijk niet aan deze hedendaagse normen. *** Wat zou er van de boerderij geworden zijn als deze niet was stopgezet. Een rundveebedrijf anno 2025 bestaat voornamelijk uit hoogproductieve dieren. Zouden we meegegroeid zijn of vastgehouden hebben aan de traditie van een kleinschalig gemengd familiebedrijf. Ik geloof graag dat we dan één van die boerderijen zouden zijn waar nog dubbeldoelrunderen rondlopen. Stel je voor, een koe die zowel vlees als melk levert. Doorheen het land zijn er verschillende landbouwers die vasthouden aan de lokale rassen. Ze zien de voordelen en kijken verder dan productiviteit. Een vijftal jaar geleden reed ik door ons Vlaamse landschap op zoek naar deze mensen en hun koeien. Ik vond jonge en minder jonge exemplaren. Boeren die voor altijd fan gebleven zijn van hun koeien, maar ook boeren die heel bewust overschakelden op dubbeldoelrassen. Het Kempens roodbont rund is op dat moment een oude bekende. De kennismaking met het witblauw dubbeldoelrund, het rood rund van West-Vlaanderen en wit-rood rund van Oost-Vlaanderen is een verrijking voor mijn koeienkennis. Deze dieren zijn een buitengewone bron van genetische diversiteit. Ik vraag me af of er nog nakomelingen van mijn overgrootvaders koe rondlopen of dat haar bloedlijn ergens vanaf de jaren ’80 is verdwenen. Het is in die periode dat men het Kempens rund inkruist met de roodbonte Holstein. Het doel is om de melkproductie te verhogen maar dat is buiten de concurrentiekracht van diezelfde Holstein gerekend. De roodbonte koe verdwijnt uit het zicht tot er in 2012 iemand beslist om het ras nieuw leven in te blazen. Ook in de landbouw hebben we mensen nodig die vasthouden aan hun overtuigingen en het gangbare naast zich neer leggen. De enkelingen die fokken met het originele type vormen de basis voor een nieuw stamboek. De drie andere rassen kennen een soortgelijk verhaal. *** Lichaamsmetingen zoals borstomtrek en schofthoogte zijn indirecte selectiecriteria voor genetische verbetering maar ook om gewicht en groei-eigenschappen te voorspellen. Ik rijd niet doelloos van de ene boerderij naar de andere. Dit komt met een plan. We onderzoeken de situatie van dubbeldoelrunderen in Vlaanderen. De variatie aan boerderijen en stallen is groot. De verscheidenheid aan koeien valt nog af te wachten. Een eerste stap is de koeien opmeten. De schofthoogte vaststellen met de meetstok is vrij lineair en makkelijk te benaderen. De borstomtrek bepalen met de lintmeter is afhankelijk van de variatie grootte van de koe en lengte persoon. Met mijn eigen 1m60 is het kwestie van eerst de koe gerust te stellen. Het kalme karakter van de dieren speelt in mijn voordeel. Terwijl ik het uiteinde in mijn hand houd gooi ik de lintmeter over de koe. Op mijn hurken, met mijn hoofd zacht in haar zij geduwd probeer ik met mijn vrije hand het andere uiteinde te zoeken en vast te nemen. Met een gemiddelde borstomtrek van 179 cm is het Kempens roodbont rund makkelijker te meten dan de 201 cm van het wit-rood rund van Oost-Vlaanderen. Mijn mede-koeienonderzoeker bekijkt de dieren nauwlettend en geeft ze een score van 1 tot 9. De lichaamsbouw, klauwen, uiers en zelfs de spenen worden gedetailleerd bekeken. Het is de eerste keer dat ik een koe op deze manier bekijk. Zou mijn overgrootvader op dezelfde manier naar zijn dieren gekeken hebben. De ene stal is de andere niet. Sommige boeren hebben geïnvesteerd in moderne stallen met ligboxen, anderen huisvesten hun dieren in potstallen die geschiedenis vertellen. De opgepotte mest vermengd met verschillende lagen stro dienen om de akkers te bemesten. Dit onderdeel van kringlopen sluiten is voor velen belangrijk binnen de bedrijfsvoering, zo blijkt uit de keukentafelgesprekken die ik met hen voer. Ze vertellen me over de kracht van hun koeien, overschakelen naar productievere rassen is niet aan de orde. Eén van mijn uit te voeren taken is een biopt nemen, hierbij zijn de koeien minder behulpzaam. Ik begrijp hen, ik zou het zelf ook niet aangenaam vinden moest er iemand DNA-materiaal uit mijn oor halen om te kijken hoe het gesteld is met mijn genetische kenmerken. *** Aan de verschillende keukentafels nemen de koeiengesprekken verschillende vormen aan. De ene is terughoudend, de andere blijft vertellen. De variatie aan boeren is groter dan de diversiteit in de stal. De keuze tussen vlees of melk is geen afgebakend gegeven. Bij dubbeldoelrunderen is het belangrijk om bij selectie het evenwicht te bewaren. Bij lokale populaties waar de band tussen de geschiedenis, de producten en de specifieke omgeving van de runderen betekenisvol zijn, is deze balans cruciaal. In Italië zetten lokale melkveehouders in op de productie van Parmigiano Reggiano. Deze exclusieve en dure kaas, gemaakt van de melk van de lokale Reggiana runderen zorgt voor een toenemende interesse in dit ras. In IJsland verkopen ze Skyr - een melkproduct van lokale IJslandse runderen- als erfgoed van de Vikings. Misschien moeten we de Belgische rassen uitspelen als de dapperste der Galliërs. Mijn overgrootvader had geen uitgekiende marketingstrategie nodig. De melk bewaarde hij in melkkannen en de melkerij haalde ze dagelijks op. Een sterke selectie op een bepaalde eigenschap geeft genetische schade op andere kenmerken. Door deze koeien niet te laten specialiseren in melk of vlees behouden we hun waardevolle functionele eigenschappen. Levensduur, robuustheid, zelfredzaamheid, vruchtbaarheid en afkalfgemak maken van deze dieren superkoeien. Om het in maatschappelijk verantwoorde termen uit te drukken, deze karakteristieken beïnvloeden de economische efficiëntie van dubbeldoelrunderen. *** Ik wil meer weten over de boerderij van mijn overgrootvader. Zijn zoon, de broer van mijn grootvader, is degene die me meer details geeft. Het was een groot melkveebedrijf, ze hadden wel acht koeien. De boerderij bestond ook uit enkele trekpaarden en een jaarlijkse aardappeloogst. Als ik vraag naar het ras van de koeien krijg ik te horen dat het wit-zwart Belgische koeien zijn en af en toe ook een rode. In eerste instantie is het me niet duidelijk wat hij daarmee wil zeggen. Ik vermoed dat hij zich vergist en dat hij witblauw bedoelt. Na een zoektocht op het internet leer ik dat het Kempense ras niet alleen uit rode dieren bestond maar dat zwartbonte koeien hier ook deel van uitmaakten. Ik lees verder en ontdek dat ze vooral in de streek van mijn overgrootvaders boerderij voorkwamen. Het zwartbonte ras was als eerste aan de beurt toen men besloot om met Holstein bloed in te kruisen. Ondertussen is hun genetica grotendeels verdrongen. Deze nieuwe kennis doet me geloven dat de bloedlijnen van mijn overgrootvaders koeien niet meer terug te vinden zijn.   Holsteinisatie is de bijhorende term voor dit deel van onze koeiengeschiedenis. Het lijkt alsof iemand op een bepaald moment de nood voelde om een ronkende naam te verzinnen zodat een gebeurtenis met negatieve weerklank beter klinkt. *** De koe in de wei is een beeld dat minder voorkomt. Het gras en de kruiden dat in diezelfde wei groeien vormen een goede basis voor het rantsoen van koeien. Dit ruwvoer is voldoende voor een rund om in zijn eigen onderhoud te voorzien en om melk te geven aan één kalf. Voor de holsteinisatie kon eender welke koe hier voldoende energie uit halen. De dag van vandaag is dit een privilege voor onze lokale en dubbeldoelrunderen. Hoogproductieve dieren hebben extra energie nodig in de vorm van krachtvoer. Voor 1975 bestonden zowel de natuurlijke graslanden als de ingezaaide graslanden in Vlaanderen en omstreken uit verschillende grassoorten. Engels raaigras, veld- en ruwbeemd, beemdlangbloem, kropaar maar ook verschillende kruiden kon men hier terugvinden. De koeien van mijn overgrootvader hadden een luxebuffet ter beschikking. Onze oudere traditionele rassen bezitten de juiste eigenschappen om zich aan te passen aan verschillende soorten graslanden en natuurgebieden. De functionele eigenschappen zoals robuustheid, hun vermogen om op ruw terrein te kunnen grazen, aanhoudend te kunnen wandelen, de lage impact van de lange wandelingen op hun melkproductie, het bestand zijn tegen hittestress, hun lagere voedingsbehoeften, een goede vruchtbaarheid, afkalfgemak en een lange levensduur maken dat deze runderen geschikt zijn voor begrazing. Een berg positieve eigenschappen waar we nog veel te weinig gebruik van maken.  De toename van grote grazers in natuurgebieden kent gelukkig een positief verloop. Ik kom ze tijdens wandelingen steeds vaker tegen samen met de infoborden die vertellen hoe je te gedragen in de buurt van de koeien. Een belangrijke regel is om minstens op 15m afstand te blijven. Dat was een hele uitdaging toen de koeien verspreidt lagen over het wandelpad. Gelukkig ben ik inventief en creatief en wist ik me net zoals dubbeldoelkoeien aan te passen aan de omgeving en de situatie. *** Een dubbeldoelkoe die we allemaal kennen is de Milka-koe. De situatie van de Vlaamse dubbeldoelrassen is nochtans niet zo paars-kleurig. Het aantal geregistreerde vrouwelijke stamboekdieren in 2024 was laag tot zelfs zeer laag. Het witblauw dubbeldoel en het wit-rood van Oost-Vlaanderen doen het met 1.955 en 1.968 dieren het beste. De situatie voor het Kempens roodbont bedraagt 588 koeien maar het rood rund van West-Vlaanderen moet het doen met slechts 365 dieren. Om een idee te krijgen; van ons Belgisch blauw staan er 37.809 dieren op stal en we worden van melk voorzien door een kleine 242.683 Hosltein-Friesians. De holsteinisatie loopt gewoon door terwijl de dubbeldoelkoe zich een weg graast door natuurgebieden en kruidenrijke graslanden.  

Vera Eef
6 1

Randprofiel

Vrijdag de 13e, juni om specifiek te zijn, werd ik door de krant en zijn inhoud getriggerd om iets op papier te zetten. Vooral het artikel over de inburgeringscursus was een bron van inspiratie.                                                                       *** Ik ben geen goede Vlaming. Tot die conclusie kom ik na het lezen van de vrijdagkrant. Laat mij het inburgeringsexamen van de overheid afnemen en de kans is klein dat deze burger de beoogde 80% haalt. Mijn referentiekader komt niet overeen. Het enige herkenningspunt zijn de boterhammen die ik twee maal per dag consumeer. Ik ben maatschappelijk gedesoriënteerd. De werkcultuur werkt niet voor mij en ik niet voor hem. Mijn denkwijze is niet relevant, mijn vaardigheden niet economisch rendabel. De hoeveelheid koffiepauzes die ik dagelijks neem worden bij verbetering van het examen met een rode dikke stift doorstreept. Mijn pogingen om ecologisch te leven vragen om meer, maar het openbaar vervoer werkt niet mee en het wiel van mijn fiets is blijven steken in de barsten van het fietspad. Ik beklaag degene die moet proeven van de hespenrolletjes met kaassaus, klaargemaakt door mezelf. Als het gaat over de Vlaamse normen en waarden vraag ik me af of deze eerder aanleunen bij de mijne of dat het gaat over de meningen die mijn nonkel tijdens het familiefeest overtuigd in de groep gooit. Ik ben er zeker van dat hij zich meer Vlaming voelt dan ik. Mijn verleden als emigrant creëert een andere kijk op de zaken. Ik beschik over vergelijkingsmateriaal. Zonder verplichting burger ik me in. De warmte van de mensen zorgt ervoor dat de taal en de gewoontes heel snel een deel van mezelf zijn. Ik oriënteer me in de samenleving en voel me verbonden met het geheel van structuren en gedragingen. In plaats van videe en stoofvlees proef ik van een gevoel van vrijheid. Wij verstikken onszelf. Elk risico gieten we in wetten en regels. In één efficiënte beweging evolueren we naar een samenleving waar het ieder voor zich is. Het concept van zorgen voor elkaar verdwijnt samen met de stationsloketten uit het landschap. Ons gemeenschappelijk verhaal valt uiteen in zinnen en woorden die betekenisloos op zichzelf staan. Vanaf de rand van de maatschappij kijk ik ernaar. Mijn ecologische voetafdruk schiet omhoog bij het kopen van een vliegticket naar de andere kant van de wereld. Bij aankomst neem ik de omhelzingen gretig in ontvangst. Een gedachte gaat door mijn hoofd. Stel je voor dat er in de toekomst bij iedereen die Vlaanderen binnenkomt een echografie wordt genomen om te kijken of er al dan niet een baksteen aanwezig is in de maag. Zo ja, mag je blijven. Bij een nee mag je samen met mij op cursus.

Vera Eef
22 2

Opleiding

Literaire non-fictie, Podiumacademie Lier - Afgestudeerd juni 2025

Proza, Podiumacademie Lier, sinds september 2025